Inhoudsopgave
Advertenties
Beschikbare talen
Beschikbare talen
Brood en broodjes
Tenzij anders aangegeven, moet de oven voor het bakken van
brood altijd worden voorverwarmd.
Brood en broodjes
Gistbrood, 1,2 kg meel
Zuurdeegbrood, 1,2 kg meel
Broodjes (bijv. roggenbroodjes)
Klein gebak
Koekjes
Schuimgebak
Soesjes
Bitterkoekjes
Bladerdeeg
Tips voor het bakken
U wilt bakken volgens uw eigen recept. Raadpleeg de baktabellen voor gelijksoortig gebak.
Zo stelt u vast of de cake goed door-
bakken is:
De cake zakt in.
De cake is in het midden gerezen maar
lager aan de randen.
De cake wordt te donker aan de boven-
kant.
De cake is te droog.
Het brood of het gebak (bijv. kwarktaart)
ziet er goed uit, maar is van binnen klef
(zacht, doortrokken met waterstrepen).
Het gebak is ongelijkmatig bruin gewor-
den.
Het vruchtengebak is te licht aan de
onderkant.
Het sap van de vruchten stroomt over.
Bij het bakken van gistbroodjes plakken
de delen aan elkaar.
Bij het bakken van vochtig gebak komt
er condenswater vrij.
56
Toebehoren
Aluminium bakplaat
Aluminium bakplaat
Aluminium bakplaat
Toebehoren
Aluminium bakplaat
Aluminium bakplaat
Aluminium bakplaat
Aluminium bakplaat
Aluminium bakplaat
Prik ca. 10 minuten voor het einde van de in het recept vermelde baktijd met een prikker
in het hoogste punt van de cake. Wanneer er geen deeg meer aan de prikker kleeft, is
de cake klaar.
Voeg de volgende keer minder vloeistof toe of stel de oventemperatuur 10 graden lager
in. Houd u aan de opgegeven omroertijden in het recept.
Vet de rand van de springvorm niet in. Na het bakken maakt u de cake voorzichtig met
een mes los.
Schuif hem dieper in de oven, kies een lagere temperatuur en bak de cake wat langer.
Prik met een tandenstoker kleine gaatjes in de gare cake. Vervolgens bedruppelt u de
cake met vruchtensap of alcoholische drank. Kies de volgende keer een temperatuur
die10 graden hoger is en houd een kortere baktijd aan.
Gebruik de volgende keer minder vloeistof en bak iets langer op een lagere temperatuur.
Bij gebak met een vochtige bovenkant bakt u eerst de bodem voor. Bestrooi het met
amandelen of paneermeel en voeg dan pas de vulling toe. Houd u aan de recepten en
baktijden.
Kies een iets lagere temperatuur, dan wordt het gebak gelijkmatiger bruin. Ook bakpa-
pier dat uitsteekt kan de luchtcirculatie beïnvloeden. Knip het bakpapier altijd zodanig af
dat het op de bakplaat past.
Plaats het gebak de volgende keer één niveau lager.
Gebruik, indien beschikbaar, de volgend keer een diepere bakplaat.
Tussen de broodjes moet een afstand van ongeveer 2 cm worden aangehouden. Zo is
er voldoende plaats en kunnen de broodjes rijzen en gelijkmatig worden gebakken.
Tijdens het bakken kan er waterdamp ontstaan. Deze komt vrij via de deur. De water-
damp kan neerslaan op het bedieningspaneel of op aangrenzend meubilair en als con-
dens neerdruppelen. Dit is normaal.
Giet nooit water direct in de hete oven.
Hoogte
Wijze van
verwarmen
2
%
2
%
2
%
Hoogte
Wijze van
verwarmen
2
%
2
%
2
%
2
%
3
%
Temperatuur,
Bereidingsduu
°C
r, minuten
250
8
200
35-45
250
8
200
35-45
200-220
20-30
Temperatuur,
Bereidingsduu
°C
r, minuten
150-170
15-25
70-90
120-140
200-220
35-45
110-130
30-40
200-220
20-30
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
