5 . 2 . 9 STOP - k n o p p e n
Legt de machine gesynchroniseerd stil.
5 . 2 . 1 0 Startknoppen
Start
de taak.
Opmerking: beide knoppen STOP en START zijn toegankelijk vanuit de
gebruikersinterface en op de machine. Beide knoppen (1) worden gebruikt voor
het stilleggen van de machine en de (2) knoppen om de machine te STARTEN.
5.2.11 Pauzeknop
Niet gebruikt.
5.2.12 Knop 'Schoonblazen'
Met deze functie kan de operator de machine vrijmaken (schoonblazen) na een
stop (blokkering). Zie hoofdstuk 5.2.7 Menu 'Voorkeuren' voor meer details.
Handleiding voor
de operator
Pagina 9 - 63
1
2
Oorspronkelijke versie: 04/10
Laatste revisie: 06/10