3-5-10. Weergave-instelling van de binneneenheidssensorkmrtemp.
Geef de kmrtemp. voor de werkende binneneenheid weer, zelfs als de afstandsbediening of optiesensor nt actief is.
(4)
(1)
3-5-11. Initializeren
Voer de initialisatie van deze controller in.
Alle geregistreerde inhoud zal worden gewist en worden teruggezet naar de fabrieksinstellingen door deze functie.
Gebruik deze functie met grote voorzichtigheid.
(1)
(1) Tik op de MENU-toets.
(2) Tik op de [Install.-inst.].
(3) Tik op de [Unit Sensor Display instelling].
(4) Tik op de [Activ.] of [Deactiv.].
(3)
(2)
(1) Tik op de MENU-toets.
(2) Tik op [Install.-inst.].
(3) Tik op [Initializeren].
(3)
(2)
(4) Tik bij het initialiseren van deze controller op de [OK]-toets.
Wacht een tijdje zonder de stroom uit te schakelen.
Nadat het initiële instellingenscherm verschijnt, stelt u in
volgens de installatiewizard. →Zie 1-5.
Nl-51