De status van het circuit is Off.
De compressor neemt geen belasting
meer op en ontlast ook niet, het circuit
wordt gestopt.
Het pictogram van de bel op het display
van de regeleenheid beweegt.
String in de alarmlijst:
CxCmp1 OffMechPressLo
String in het logboek alarmen:
CxCmp1 OffMechPressLo
String in de snapshot alarm
CxCmp1 OffMechPressLo
Reset
Lokale HMI
Netwerk
Auto
5.6.23
Alarm geen druk bij start
Dit alarm wordt gebruikt om een situatie aan te geven waarbij de druk op de verdamper of op de condensor lager dan
35kPa is, zodat het circuit mogelijk geen koudemiddel bevat.
Symptoom
De status van het circuit is Off.
De compressor start niet.
Het pictogram van de bel op het display
van de regeleenheid beweegt.
String in de alarmlijst:
Cx OffNoPressAtStart
String in het logboek alarmen:
Cx OffNoPressAtStart
String in de snapshot alarm
Cx OffNoPressAtStart
Reset
Lokale HMI
Netwerk
Auto
5.6.24
Alarm geen drukverandering bij de start
Dit alarm geeft aan dat de compressor niet in staat is om te starten of om te zorgen voor een bepaalde minimale variatie
van de verdampings- of condensatiedruk na het starten.
Symptoom
De status van het circuit is Off.
Het circuit wordt gestopt.
Het pictogram van de bel op het display
van de regeleenheid beweegt.
String in de alarmlijst:
Cx OffNoPressChgStart
String in het logboek alarmen:
Cx OffNoPressChgStart
String in de snapshot alarm
Cx OffNoPressChgStart
Reset
Lokale HMI
Netwerk
Auto
D-EOMZC00309-19NL
Gebruiksaanwijzing
59/61
Koelmiddelvulling te laag.
Hoge verdamper methode.
Het
waterdebiet
in
waterwarmtewisselaar is te laag.
De omvormer van de verdampingsdruk
werkt niet naar behoren.
EEXV functioneert niet naar behoren.
De EEXV opent niet voldoende of beweegt
in de tegenovergestelde richting.
Oorzaak
De druk van de verdamper of condensor is
lager dan 35kPa.
Oorzaak
De compressor kan niet starten
De compressor draait in de verkeerde
richting.
Het
koelmiddelcircuit
bevat
koelmiddel.
Onjuiste werking van de omvormers voor
verdampings- of condensatiedruk.
Controleer
via
het
vloeistofleiding of er verdampingsgas
aanwezig is.
Meet de subkoeling om te kijken of de
vulling correct is.
Reinig de verdamper
Controleer de kwaliteit van de vloeistof die
in de warmtewisselaar stroomt.
Controleer het percentage en het type
glycol (ethyleen of propyleen)
de
Verhoog het waterdebiet.
Controleer of de waterpomp van de
verdamper correct functioneert en het
correcte waterdebiet levert.
Controleer de correcte werking van de
sensor en kalibreer de lezingen met een
manometer.
Controleer of afzuigingsprocedure kan
worden
voltooid
voor
druklimiet;
Controleer
de
bewegingen
expansieklep.
Controleer de aansluiting op de aandrijving
van de klep op het schakelschema.
Meet de weerstand van elke wikkeling,
deze mag niet gelijk zijn aan 0 Ohm.
Opmerking
Oplossing
Controleer de kalibratie van de omvormers
met een geschikt meetinstrument.
Controleer de bedrading en de uitlezing
van de omvormers.
Controleer de koudemiddelvulling en stel
deze in op de juiste waarde.
Opmerking
Oplossing
Controleer
of
het
aangesloten is op de inverter.
Controleer of de fasevolgorde naar de
compressor (L1, L2, L3) volgens het
schakelschema uitgevoerd is.
De inverter is niet goed geprogrammeerd
met de juiste draairichting
geen
Controleer de druk van het circuit en of er
koelmiddel aanwezig is.
Controleer de correcte werking van de
omvormers voor de verdampings- of
condensatiedruk.
Opmerking
EWAD TZB
EWAD/H TZC
EWAD MZ
kijkglas
op
de
de
bereikte
van
de
startsignaal
goed