4. Druk op
om te bevestigen of de
ingestelde dagtijd na vijf seconden
automatisch zal worden opgeslagen.
Het display toont de nieuwe tijd.
5.4 Tijd veranderen
Je kunt de dagtijd alleen wijzigen als de oven
uitstaat.
Druk op
tot het indicatielampje van de
dagtijd
knippert op het display.
Zie 'De tijd instellen' om een nieuwe tijd in te
stellen.
5.5 Verzonken knoppen
Om het apparaat te bedienen, moet u de
bedieningsknop indrukken. De knop komt dan
naar buiten.
6. KOOKPLAAT - DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
6.1 Kookplaat bedieningspaneel
1
2
3
4
Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen. De displays, indicatielampjes en geluiden
tonen welke functies worden gebruikt.
Tip‐
Functie
toets
AAN / UIT
1
Blokkering / Kinderbeveiligingsin‐
2
richting
Pauze
3
5
12
5.6 Voorverwarmen
Warm de lege oven voor het eerste gebruik
voor.
1. Stel de functie
temperatuur in.
2. Laat de oven een uur werken.
3. Stel de functie
temperatuur in.
4. Laat de oven 15 minuten werken.
5. Stel de functie
temperatuur in.
6. Laat de oven 15 minuten werken.
7. Zet de oven uit en laat deze afkoelen.
Accessoires kunnen heter worden dan
normaal. De oven kan een vreemde geur en
rook afgeven. Zorg dat er voldoende
luchtcirculatie in de ruimte is.
6
7
11
10
9
Opmerking
De kookplaat in- en uitschakelen.
Het bedieningspaneel vergrendelen/ontgrendelen.
De functie in- en uitschakelen.
in.Stel de maximale
. Stel de maximale
. Stel de maximale
8
NEDERLANDS
13