E6 (Deurslot)
Het deurslot werd ontgrendeld tijdens de cyclus.
E7 (Veligheidsniveau)
Het water werd onvoldoende afgevoerd, er werd niet gezwierd en het water bevindt
zich mogelijk nog in de kuip.
E8 (Temperatuursensor)
De temperatuurssensor is vermoedelijk stuk.
E9 (Motor beveiliging)
De thermische motorbeveiling werd geaktiveerd.
Opmerking
Wanneer een storing voorkomt tijdens het programma, worden de foutmeldingen
na de cyclus weergegeven. Wanneer de storing verdwenen is en een nieuw
programma geselecteerd wordt verdwijnt deze melding.
Indien één van de storingen E6, E7, of E9 gedetekteerd wordt wannneer de
cyclus gestart wordt zal de cyclus niet opstarten en blijft deze fout weergege-
ven.
6
31