Inhoudsopgave
Advertenties
SATEL
Push – gebeurteniscategorie. U kunt de volgende acties toewijzen: 1: Alarm / 2: Activering /
3: Hersteld / 4: Uitgangen sturing / 5: Ingang overbruggen / 6: Diagnose / 7: Overige /
8: Push naar iedereen. Als u 0 toewijst: Uitgeschakeld voor de gebeurtenis, de module zal
geen pushmeldingen over deze gebeurtenis verzenden. Klik op het veld en voer een cijfer
van 0 tot 8 in of selecteer de categorie in de lijst.
T1...T8 – u kunt een berichtmethode voor de betreffende telefoon selecteren (zie
"Gebruikers" p. 68):
0: - – geen melding,
1: SMS – gebeurtenismelding via sms [s],
2: CLIP – gebeurtenismelding via CLIP [c],
3: SMS, CLIP – melding van gebeurtenissen via SMS en CLIP [sc].
Klik op het veld en voer een cijfer van 0 tot 3 in of selecteer een methode van de lijst.
SMS/Push bericht – de inhoud van het SMS bericht welke na het ontvangen van de
geselecteerde gebeurteniscode wordt verzonden. Het bericht kan uit max. 32 karakters
bestaan.
8.13 SMS/DTMF bediening
U kunt de module bedienen via SMS berichten met de juiste bedieningscommando's en met
behulp van het toetsenbord van de telefoon (DTMF codes) waar vanaf de verbinding met de
module tot stand is gebracht. De SMS berichten dienen te worden verzonden naar het
nummer van de simkaart, welke in gebruik is.
Tel.nr. voor lokale bediening – een code voor het activeren van de lokale bediening via de
DTMF functie. Tot 16 cijfers kunnen worden ingevoerd. Door de code in te voeren via het
toetsenbord van de telefoon, welke aangesloten is op de telefoonlijnuitgang, kunt u de
module besturen (zie p. 72).
GSM-X
Afb. 44. "SMS/DTMF bediening" tabblad.
59
Advertenties
Inhoudsopgave
