18
Tot 6 INT-CR / INT-IT / INT-IT-2 lezers kunnen in het systeem worden geïnstalleerd.
Adressen in het bereik van 16 (10h) tot 21 (15h) mogen worden ingesteld voor de lezers.
Alle proximity in/uitschakel kaartlezers worden door het alarmsysteem geïdentificeerd
als een INT–IT module.
5.6
Detectoren aansluiten
Afb. 16. Detector aansluit voorbeelden. De detector uitgangen worden met letters
Hoe de detector aangesloten moet worden op de zone hangt af van de configuratie welke
gekozen gaat worden voor die zone. De zones op de hoofdprint van het alarmsysteem
ondersteunen de volgende configuraties:
NC – aansluit type bedoeld voor het aansluiten van apparaten met een NC (normally closed)
alarm uitgang. Openen van het circuit zal het alarm activeren.
NO – aansluit type bedoeld voor het aansluiten van apparaten met een NO (normally open)
alarm uitgang. Sluiten van het circuit zal het alarm activeren.
EOL – aansluit type bedoeld voor het aansluiten van apparaten met een NC of NO alarm
uitgang met 1 EOL weerstand. Sluiten of openen van het circuit zal het alarm activeren.
2EOL/NC – aansluit type bedoeld voor het aansluiten van apparaten met een NC alarm en
sabotage uitgang. De zone kan 3 statussen detecteren: normaal, alarm, sabotage.
2EOL/NO – aansluit type gelijk aan de 2EOL/NC, maar voor detectoren met een NO alarm
uitgang.
Rolluik – aansluit type bedoeld voor het aansluiten van rolluik detectoren.
Tril – aansluit type bedoeld voor het aansluiten van tril detectoren. Op de zone kan ook een
NC detector aangesloten worden (bijv. een trildetector, detector en een magneetcontact
kunnen in serie worden aangesloten).
weergeven: A - alarm, T – sabotage. R=R1+R2.
VERSA IP
SATEL