Download Print deze pagina

Satel Integra Programmeerhandleiding pagina 66

Alarmsysteem. firmware versie 1.21
Verberg thumbnails Zie ook voor Integra:

Advertenties

64
Activering/sabotage/maskering van de zone gedurende de test genereert geen
alarmmeldingen door die geprogrammeerd zijn voor de zone.
Selecteer een zone uit de lijst om te testen of druk op de
bedoeld voor signalering zal stoppen met zijn huidige taak (indien deze actief was,
wordt deze uitgeschakeld) totdat de zone test compleet is (de
De uitgang gebruikt voor signalering wordt onthouden totdat u de T
Wanneer de T
geselecteerd.
Indien er draadloze sirenes gebruikt worden in het systeem en er een uitgang
geselecteerd is voor de signalering, zal na het selecteren van de zone om te testen
vanuit de lijst, en het indrukken van de
sirenes worden gedeblokkeerd (welke normaal zijn geblokkeerd voor de duur van de
service mode).
Indien een uitgang geselecteerd wordt voor signalering en een draadloze sirene
aanstuurt, dan dient u er rekening mee te houden dat het commando voor
blokkering/deblokkering van de signalering tijdens de communicatie periode wordt
verzonden. Dit resulteert in een vertraging waarvan de duur afhangt van de
geprogrammeerde communicatie periode. Ook in het geval van de ASP-205 sirene
signalering wordt deze alleen aangestuurd tijdens de communicatie periode.
5. Uitgangen
Het systeem ondersteund de volgende uitgangen:
 bekabeld – op de hoofdprint en op uitbreidingen. Het aantal beschikbare bekabelde
uitgangen wordt bepaald bij de identificatie procedure door het alarmsysteem.
 draadloos – in het INTEGRA 128-WRL alarmsysteem of na het aansluiten van een ABAX
2 / ABAX controller. Het aantal beschikbare draadloze uitgangen hangt af van het aantal
draadloze apparaten geregistreerd in het systeem en wordt bepaald gedurende de
procedure van het toevoegen van de draadloze apparaten.
 virtueel - uitgangen welke fysiek niet bestaan, maar wel gebruikt kunnen worden voor bijv.
uitvoeren van logische functies.
Programmering van uitgangen is mogelijk via:
 het bediendeel in de service mode, bij gebruik van de functie in het U
 het DLOADX programma, in het "Uitgangen" scherm.
5.1
Uitgang parameters
Uitgang naam– individuele naam van de uitgang (tot 16 karakters).
Uitgang functie (zie: "Uitgang functies").
Insteltijd - de tijd voor hoelang de uitgang actief dient te zijn. De instel tijd van de uitgang
kan nu geprogrammeerd worden met een nauwkeurigheid tot 0,1 seconde. De parameter
is niet van toepassing op status indicatie uitgangen.
Om de instel tijd met een nauwkeurigheid van maximaal 0,1 sec te programmeren met
het DLOADX programma, klik dan met de rechtermuisknop op de kolom "Instel tijd".
Een pop-up menu zal verschijnen waarin u op "Bewerk" dient te klikken.
Status indicatie – i.p.v. de uitgang status kan ook de status van een zone worden
weergegeven. Dit kan handig zijn als de uitgang slechts een korte tijd geactiveerd wordt
om een apparaat aan/uit te zetten en de status van het apparaat wordt gecontroleerd door
de zone van het alarmsysteem. In de service mode kunt u definiëren hoe de uitgang status
Programmeer handleiding
functie wordt herstart, dient de uitgang opnieuw te worden
EST
of
toets, de signalering van draadloze
SATEL
of
toets. De uitgang
toets ingedrukt).
functie verlaat.
EST
submenu,
ITGANGEN

Advertenties

loading