SATEL
– activering van de zone zal het blok inschakelen waartoe de zone behoort.
80. I
NSCHAKELEN
U kunt ook een groep van blokken selecteren om meerdere tegelijk in te schakelen (zie:
"In/Uitschakel blokken" p. 63).
81. U
ITSCHAKELEN
behoort. U kunt ook een groep van blokken selecteren om meerdere tegelijk uit te
schakelen (zie: "In/Uitschakel blokken" p. 63).
82. I
/U
N
ITSCHAKELEN
behoort. Bovendien kan de zone een groep blokken besturen (zie: "In/Uitschakel blokken"
p. 63). De bedieningsmode hangt af van de P
tevens tegelijk het alarm worden hersteld en het spraakbericht worden geannuleerd.
83. A
LARM HERSTELLEN
blokken (zie: "In/Uitschakel blokken" p. 63) of het blok waartoe de zone behoort, tevens
kan hierbij het spraakbericht geannuleerd worden.
– activering van deze zone functie wordt gezien als registratie van het maken
84. B
EWAKER
van een bewakingsronde in het blok waartoe de zone is ingedeeld.
–
85. I
/U
N
IT
CONDITIONEEL
wordt een Inbraak zone bij het inschakelen als niet het beveiligde gebied verlaten is tijdens
de inschakel procedure.
–
86. I
/U
N
IT
LAATSTE
type tijdens de uitgangsvertraging, zal de uitgangsvertraging stoppen en het systeem
inschakelen.
–
87. U
ITGANG
LAATSTE
type tijdens de uitgangsvertraging, zal de uitgangsvertraging stoppen en het systeem
inschakelen.
– een permanent ingeschakelde zone. Indien de zone geactiveerd wordt zal
88. 24
U INBRAAK
een inbraak alarm worden gegenereerd.
89. S
TOP UITGANGSVERTRAGING
voor het verlaten van het blok. Het is mogelijk een kortere uitgangstijd te programmeren,
welke wordt afgeteld vanaf het moment van zone activering. Indien deze waarde niet
wordt geprogrammeerd, dan zal de uitgangstijd worden gereduceerd tot 4 seconden vanaf
de zone activering. Indien de zone is geactiveerd en de zojuist gestarte uitgangstijd
vertraging korter is dan de geprogrammeerde voor deze zone, dan zal dit geen effect
hebben.
90. S
TOP VERIFICATIE
Alle alarmen worden dan niet geverifieerd tot de volgende inschakeling.
– een permanent bewaakte zone bedoeld voor Anti-Mask controle. Activering
91. A
-
NTI
MASK
van de zone wordt door het alarmsysteem geïnterpreteerd als detector storing maskering.
92. U
ITGANGENGROEP
uitgangen te deactiveren.
AAN – de zone maakt het mogelijk een geselecteerde groep van uitgangen te
93. U
ITVOER
activeren.
2/3 – Gelijk aan zone type 0. I
94. I
/U
T
N
IT
YPE
een volledige inschakeling (inschakel mode 0 en 1). Bij inschakel mode 2 en 3 zal deze
zijn uitgeschakeld.
2/3 – Gelijk aan zone type 1. I
95. I
NGANG TYPE
een volledige inschakeling (inschakel mode 0 en 1). Bij inschakel mode 2 en 3 zal deze
zijn uitgeschakeld.
96. 24
B
U
RAND STIL
deze zone, en daardoor geactiveerd wordt, zal een Stil brandalarm melding verzonden
worden naar de PAC. Na herstel van de zone hoeft u niet het alarmsysteem te herstellen.
– activering van de zone zal het blok uitschakelen waartoe de zone
– de zone stuurt de in/uitschakel status aan van het blok waartoe deze
– activering van de zone zal het alarm herstellen in de geselecteerde
– gelijk aan het 0. I
– gelijk aan het 0. I
– gelijk aan het 6. U
– activering van de zone zal de uitgangsvertraging verkorten
– activering van de zone stopt de verificatie van alarmen in het blok.
– de zone maakt het mogelijk een geselecteerde groep van
U
IT
– Gelijk aan zone type 32. Brand. Indien bijv. een BMC aangesloten is op
INTEGRA
ULS GESTUURD
/U
zone type met een extra optie: de zone
N
IT
/U
, zone type maar na een zone herstel van dit
N
IT
zone type, maar een zone herstel van dit
ITGANG
/U
, maar zal alleen ingeschakeld zijn in geval
N
IT
, maar zal alleen ingeschakeld zijn bij
NGANG
optie. Bij het uitschakelen kan
59