SATEL
Programmering van uitgangen is mogelijk via:
het bediendeel in de service mode, bij gebruik van de functie in het U
het D
X program, in het "Uitgangen" scherm.
LOAD
4.1
Uitgang parameters
Uitgang naam – Individuele naam van de uitgang (tot 16 karakters).
Uitgang functie (zie: sectie U
Insteltijd – de tijd voor hoelang de uitgang actief moet zijn. De parameter is niet van toepassing
op status indicatie uitgangen.
4.2
Uitgang functies
0. N
IET GEBRUIKT
1. I
– actief bij alle soorten inbraak en paniek alarmen (van zones, bediendelen/
NBRAAK
uitbreidingen sabotage, bediendeel paniek activering, etc.).
2. B
/
RAND
INBRAAK
(pulserend alarm).
3. B
– actief bij brandalarmen (van brand zones en activeringen van bediendelen).
RANDALARM
4. B
EDIENDEEL ALARM
paniek (behalve: stil paniek alarm).
5. B
(
RAND
VAN BEDIENDEEL
6. P
(
ANIEK
VAN BEDIENDEEL
Fig. 6. "Uitgangen" scherm in het D
ITGANG FUNCTIES
– actief bij inbraak en paniek alarmen (continu alarm) en de brand alarmen
– actief bij alle alarmen vanaf het bediendeel: brand, medisch (axillair) en
) – actief bij brandalarmen vanaf het bediendeel.
) – actief bij luid paniekalarmen vanaf het bediendeel.
INTEGRA Plus
LOAD
).
ITGANGEN
X programma.
53
submenu;