SATEL
6.12 Nood opstartprocedure voor het alarmsysteem
Indien het alarmsysteem niet normaal kan opstarten, bediendelen niet ondersteund worden,
codes niet geaccepteerd worden door het alarmsysteem etc., ondanks dat alle aansluitingen
correct zijn gemaakt, volg dan onderstaande stappen als volgt:
1. Koppel de voeding van het alarmsysteem af (koppel eerst de AC voeding los en dan de
accu).
2. Plaats een jumper op de RESET pinnen op de hoofdprint van het alarmsysteem.
3. Zet de voeding weer op het alarmsysteem (sluit eerst de accu aan en dan de AC
voeding). De DIALER LED zal gaan knipperen.
4. Wacht een paar seconden tot dat de DIALER LED uitgaat en verwijder dan de jumper van
de pinnen. Het alarmsysteem zal nu in de service mode staan. Het service mode menu
zal worden weergegeven op het bediendeel met het laagste adres.
Indien een computer met het D
dan zal de service mode niet starten (het zal dan alleen mogelijk zijn om het
alarmsysteem lokaal te programmeren met de computer).
5. Herstel de fabriekswaarden via de H
).
ALLES
6. Start
de
B
EDIENDEEL
B
A
EDIENDEEL
7. Identificeer de apparaten welke aangesloten zijn op de bediendeel bus (S
H
I
ARDWARE
8. Identificeer de apparaten welke aangesloten zijn op de uitbreiding bus (S
H
I
ARDWARE
9. Verlaat de service mode via de E
10. Nu zal er een bericht op het bediendeel worden weergegeven met de vraag of u de data
wilt opslaan naar het FLASH geheugen, druk op toets nummer 1. Door het opslaan van
een kopie van de instellingen naar het FLASH geheugen zal het voor het alarmsysteem
het mogelijk zijn om een back-up kopie terug te zetten als er een fout ontdekt is in de data
welke opgeslagen is in het RAM geheugen.
11. Na het opslaan van de data in het FLASH geheugen zal het alarmsysteem opnieuw
opstarten (het display van het bediendeel zal even uitgaan). Na de herstart zou het
systeem normaal moeten werken en kunt u doorgaan met programmeren.
6.13 Computer verbinden met het alarmsysteem
Met gebruik van een computer kunt u de firmware van het alarmsysteem updaten (F
programma), het alarmsysteem programmeren (D
beheren (G
X programma). De communicatie is gecodeerd. De computer kan op het
UARD
alarmsysteem worden aangesloten via de RS-232 poort.
.
functie
ADR
.) en stel de individuele adressen op de bediendelen in (zie p. 16).
DR
B
DENTIFICATIE
EDIENDEEL ID
U
DENTIFICATIE
ITBREIDING ID
INDE SERVICE
INTEGRA
X programma aangesloten is op de RS-232 poort
LOAD
ERSTEL ALLES
(S
TRUCTUUR
.).
.).
functie.
X programma) en het alarmsysteem
LOAD
functie (H
ERSTARTEN
H
ARDWARE
25
H
ERSTEL
I
DENTIFICATIE
TRUCTUUR
TRUCTUUR
X
LASH