•
Aantal aandrijfschakels (stuks). Elke zaagbladlengte
levert in combinatie met de kettingsteek en het aantal
tanden van het neuswiel een bepaald aantal
aandrijfschakels op.
•
Zaagbladgroefbreedte (duim/mm). De breedte van de
zaagbladgroef moet aangepast zijn aan de
aandrijfschakelbreedte van de ketting.
•
Kettingolie-opening en opening voor
kettingstrekkerpen.
Ketting
•
Kettingsteek (duim). (De afstand tussen drie
aandrijfschakels gedeeld door twee.)
•
Aandrijfschakel-breedte (mm/duim)
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
•
Aantal aandrijfschakels (stuks)
Slijpen en instellen van de
tanddiepte van de ketting
WAARSCHUWING! Met een verkeerd
!
geslepen ketting neemt het risico op
terugslag toe!
Algemeen met betrekking tot het slijpen
van de tanden
•
Zaag nooit met een stompe ketting. De ketting is
stomp wanneer u de snijuitrusting door de boom moet
drukken en als de houten spaanders erg klein zijn.
Met een erg stompe ketting zijn er zelfs helemaal
geen spaanders. Dan krijgt men alleen houtpoeder.
•
Een goed geslepen ketting eet door de boom en geeft
houten spaanders die groot en lang zijn. De zagende
delen van een ketting worden zaagschakels genoemd
en bestaan uit een snijtand (A) en een
dieptestellernok (B). Het verschil in hoogte tussen
deze beide bepaalt de snijdiepte.
•
Bij het slijpen van snijtanden moet men rekening
houden met 5 verschillende afmetingen.
1
Vijlhoek
–
Dutch
43