6
Storingsopheffing
1. Als deze tabel de fout niet beschrijft, contact opne-
men met de fabrikant:
Probleem
De deurkruk keert niet terug.
De sleutel kan niet worden
verwijderd of ingestoken.
De deur vergrendelt niet
automatisch.
De nachtschoot van de
kierstandhouder valt niet in de
openingsbegrenzer van het
kozijndeel.
De activeringsschoot activeert de
vergrendeling niet.
De hoofdslotschoot kan slechts
zwaar of helemaal niet bewogen
worden.
De nachtschoot hoofdslot schuift
niet automatisch en soepel uit.
H39.MFVRS017NL-00
link.si/td/service001/0324
Mogelijke oorzaak
De krukgarnituur is niet correct
gepositioneerd.
De positie van de kruknoot is niet
maatvast.
De meerpuntssluiting is defect.
De krukgarnituur is defect.
De profielcilinder is defect.
De dagschoot van de hoofdslotkast
loopt niet in het dagschootplaatje.
De freesuitsparingen komen niet
overeen met de maataanduidingen.
De meerpuntssluiting is defect.
De resterende sluitnaad is niet
correct ingesteld.
De meerpuntssluiting is defect.
De krukgarnituur is niet verkeerd
gemonteerd.
De positie van de freesuitsparingen
is niet maatvast.
De freesuitsparingen komen niet
overeen met de maataanduidingen.
De meerpuntssluiting is defect.
Montagehandleiding KFV
Meerpuntssluitingen met sleutelbediening, BS 3700
Oplossing
1. De verschroeving van de krukgarnituur
losdraaien.
2. De krukgarnituur volgens informatie van de
fabrikant bevestigen.
1. De freesmaten en boormaten
controleren. (zie pagina 19)
2. Indien nodig, de freesuitsparingen en
boringen nabewerken.
De meerpuntssluiting vervangen.
De krukgarnituur vervangen.
Contact opnemen met de fabrikant van de
profielcilinder.
1. Het dagschootplaatje instellen..
2. De functiecontrole uitvoeren (zie pagina 37).
1. De freesmaten controleren. (zie pagina 19).
2. Indien nodig: de freesuitsparingen
nabewerken.
De meerpuntssluiting vervangen.
De maat van de resterende sluitnaad
controleren.
De meerpuntssluiting vervangen.
1. De verschroeving van de krukgarnituur
losdraaien.
2. De krukgarnituur volgens informatie van de
fabrikant bevestigen.
1. De freesmaten en boormaten
controleren. (zie pagina 19)
2. Indien nodig, de freesuitsparingen en
boringen nabewerken.
1. De freesmaten controleren. (zie pagina 19).
2. Indien nodig: de freesuitsparingen
nabewerken.
De meerpuntssluiting vervangen.
07.2024
45/48