Service en onderhoud
8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen
8.2.7
Olie bijvullen
Wanneer de inbouwpositie van de transmissie wordt gewijzigd of olie verloren gaat als
gevolg van lekkage, moet het oliepeil worden gecontroleerd. Bij olielekkage moet u de plaats
van de lek opsporen en het lek dichten. Corrigeer het oliepeil indien nodig en controleer het
dan nogmaals.
Voor de eerste vulling van de transmissie worden op het moment van de druklegging de
volgende oliesoorten gebruikt:
CLP ISO VG220: Fuchs Renolin CLP220
CLP ISO PG VG220: Fuchs Renolin PG220
CLP ISO PG VG460: Fuchs Renolin PG460
CLP ISO PAO VG68: Fuchs Renolin Unisyn CLP68
CLP ISO PAO VG220: Fuchs Renolin Unisyn XT220
CLP ISO PAO VG460: Fuchs Renolin Unisyn CLP460
CLP ISO E VG220: Fuchs Plantogear S220
CLP ISO H1 VG100: Klüber Klübersynth UH1 6 100
CLP ISO H1 VG460: Castrol Optileb GT 1800/460
Wanneer de transmissie in de fabriek in opdracht met speciale smeermiddelen voor
bovengenoemde toepassingen is gevuld, dan staat dit op het typeplaatje vermeld.
8.2.8
Walslagervet vervangen
De walslagers worden fabrieksmatig met de in de tabel vermelde vetten gesmeerd.
Vervang de hoeveelheid vet in vetgesmeerde lagers steeds wanneer de olie wordt ververst.
Reinig het lager voordat u het van een nieuw smeermiddel voorziet.
De hoeveelheid vet moet bij lagers van de uitgaande as of tussenassen 2 / 3 van de holle
ruimte tussen de walslichamen vullen, bij lagers 1 / 3 aan de aandrijfkant.
Tabel 8- 3
Gebruiksbereik
Standaard
Mengbaar met
levensmiddelen, voor
levensmiddelenindustrie
Biologisch afbreekbaar, voor
landbouw, bosbouw en water
beheer
76
Vet in de walslagers en asafdichtring
Omgevingstemperatuur
-40 ℃ tot +80 ℃
-30 ℃ tot +40 ℃
-35 ℃ tot +40 ℃
Producent
Type
Klüber
Petamo GHY 133 N
Castrol
Optileb GR UF 1 NSF H1
BP
Biogrease EP 2
Bedieningshandleiding, 06/2018, A5E37450085A/RS-AG
BA 2030