BELIChtIngsmEtIng En -rEgELIng
progrAmmA's Voor BELIChtIngsmEtIng
Met de LEICA X2 kunt u uit 3 programma's voor belichtingsmeting kiezen. Ze
komen tegemoet aan de heersende lichtomstandigheden, de situatie, resp.
uw werkwijze en uw creatieve ideeën.
Selecteer Metering Mode (3,4) in het menu, en de gewenste instelling in
het submenu.
mULtI-VELdmEtIng –
Bij deze meetmethode analyseert de camera zelfstandig de helderheidsver-
schillen van het object en baseert zich door vergelijking met de geprogram-
meerde helderheidsverdeling op de vermoedelijke situatie van het hoofdob-
ject en de overeenkomende, beste (compromis-) belichting.
Dienovereenkomstig is deze methode, zelfs onder moeilijke omstandighe-
den, met name geschikt voor spontane, ongecompliceerde maar betrouw-
bare fotografie, en daarom voor het gebruik samen met geprogrammeerde
automatische belichting (zie p. 128).
CEntEr-gEorIëntEErd mEtEn –
Deze meetmethode legt de meeste nadruk op het midden van het beeldveld,
maar registreert ook alle andere gebieden.
Hiermee is – vooral in combinatie met het meetwaardegeheugen (zie p. 130)
– doelgericht afstemmen van de belichting op bepaalde delen van het ob-
ject, terwijl gelijktijdig rekening wordt gehouden met het gehele beeldveld.
.
spotmEtEn –
Dit programma richt zich uitsluitend op een klein gebied in het midden van
het beeld aangegeven op het scherm met een groen plek (2.1.10).
Het biedt de mogelijkheid tot het precies meten van zelfs minieme details
voor exacte belichting – bij voorkeur in combinatie met handmatige instelling
(zie p. 130)
Bij tegenlichtopnamen moet bijvoorbeeld meestal worden voorkomen dat
de donkere omgeving tot onderbelichting van het hoofdobject leidt. Met zijn
uiterst kleine meetgebied biedt spotmeten u de mogelijkheid dit soort details
selectief te evalueren.
126