Controle 2: Kan het apparaat niet vinden in het scherm
Printerinstellingen controleren tijdens de instelling van het
draadloze LAN
Schakel de blokkering in de firewallfunctie tijdelijk uit.
De firewall van de beveiligingssoftware of het besturingssysteem van de computer kan de communicatie
tussen het apparaat en de computer beperken. Controleer de firewallinstelling van de
beveiligingssoftware of het besturingssysteem, of het bericht dat op de computer wordt weergegeven en
schakel de blokkering tijdelijk uit.
Als de firewall de instelling verstoort:
• Als een bericht wordt weergegeven:
Als een waarschuwing wordt weergegeven dat Canon-software probeert toegang te krijgen tot het
netwerk, stelt u de beveiligingssoftware zo in dat toegang wordt toegestaan.
Nadat toegang door de software is toegestaan, klikt u op Opnieuw detecteren (Redetect) in het
scherm Printerinstellingen controleren (Check Printer Settings) om het apparaat opnieuw te
detecteren.
Als het apparaat wordt gevonden, volgt u de aanwijzingen op het scherm om door te gaan met het
instellen van de netwerkcommunicatie.
• Als geen bericht wordt weergegeven:
Annuleer de instelling en stel de beveiligingssoftware zo in dat toegang tot het netwerk door Canon-
software is toegestaan.
◦ Voor Windows:
Het bestand Setup.exe of Setup64.exe in de map win > Driver > DrvSetup op de installatie-cd-
rom
◦ Voor Mac OS:
Setup.app, Canon IJ Network Tool.app, canonijnetwork.bundle, CIJScannerRegister.app,
Canon IJ Scan Utility2.app en CIJSUAgent.app
Nadat u de beveiligingssoftware hebt ingesteld, voert u de instelling van de netwerkcommunicatie
opnieuw uit vanaf het begin.
Schakel de firewall in nadat de instelling is voltooid.
707