Selecteer de stempelpositie in de lijst Positie (Position). U kunt ook Aangepast (Custom) in de
lijst Positie (Position) selecteren en de coördinaten opgeven voor X-positie (X-Position) en Y-
positie (Y-Position).
Daarnaast kunt u de stempelpositie wijzigen door de stempel naar het voorbeeldscherm te
slepen.
Als u de hoek van de stempelpositie wilt wijzigen, kunt u direct een waarde in het vak
Afdrukstand (Orientation) typen.
Belangrijk
• Afdrukstand (Orientation) kan niet worden gewijzigd als Bitmap is geselecteerd bij
Stempeltype (Stamp Type) op het tabblad Stempel (Stamp).
5. Sla de stempel op
Klik op de tab Instellingen opslaan (Save settings), typ een naam in het vak Naam (Title) en klik
vervolgens op Opslaan (Save).
Klik op OK in het bevestigingsbericht.
Opmerking
• Spaties, tabs en regeleinden kunnen niet aan het begin of einde van een titel worden
ingevoerd.
6. Voltooi de configuratie
Klik op OK. Het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/Background) (Stempel (Stamp))
wordt opnieuw geopend.
De geregistreerde naam wordt weergegeven in de lijst Stempel (Stamp).
Stempelinstellingen wijzigen en registreren
1. Selecteer de stempel waarvoor u de instellingen wilt wijzigen
Klik op het selectievakje Stempel (Stamp) in het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/
Background) (Stempel (Stamp)). Vervolgens selecteert u in de lijst de naam van de te wijzigen
stempel.
2. Klik op Stempel definiëren... (Define Stamp...)
Het dialoogvenster Stempelinstellingen (Stamp Settings) wordt geopend.
3. Configureer de stempel terwijl u het effect in het voorbeeldvenster bekijkt
4. Sla de stempel op met overschrijven
Klik op Opslaan overschrijven (Save overwrite) op het tabblad Instellingen opslaan (Save
settings).
Als u de stempel onder een andere naam wilt opslaan, typt u deze naam in het vak Naam (Title) en
klikt u op Opslaan (Save).
Klik op OK in het bevestigingsbericht.
369