REMKO serie RBW PV
AANWIJZING!
Bij verbinding van een warmwaterwarmte-
pomp met een verwarmingsketel:
Bij gebruik van de laadpomp kan door de sterke
ketelcirculatie warmtetransport van de warmwa-
terwarmtepomp naar de ketel ontstaan. Om dit
te verhinderen, moet na de laadpomp van de
warmtebron een terugslagklep worden voor-
zien!
Condenswaterafvoer
Door de afkoeling van de lucht in de verdamper
ontstaat condenswater. De condensafvoer van de
warmwaterwarmtepomp moet via kunststoflei-
dingen van de warmtepomp worden afgevoerd,
hierbij moet een probleemloze afvoer van het con-
dens worden gewaarborgd. Afhankelijk van de
luchtvochtigheid kan ca. 0,25 l/h condens ont-
staan. De condensafvoer mag niet vast worden
verbonden met een riolering en moet vrij uitlopend
worden ontworpen en uitgevoerd.
Aansluiting van gerecycled water (drukvast)
Warmwaterbereiders zijn drukvaste reservoirs en
kunnen drukvast worden aangesloten. Als de lei-
dingdruk hoger is dan de toegestane bedrijfsdruk
moet in de koudwatertoevoerleiding een drukredu-
ceerklep worden ingebouwd, die ter plaatse moet
worden afgesteld. Er mogen uitsluitend drukvaste
armaturen worden gebruikt. In de koudwaterleiding
zijn constructiegeteste veiligheidsinrichtingen aan-
gebracht (zie het volgende schema). Er moet een
constructiegeteste veiligheidsgroep conform DIN
1988 voor gesloten warmwaterbereiders in de
wateraansluiting van de koudwaterleiding (koud-
watertoevoer) worden ingebouwd. De wateraan-
sluiting mag uitsluitend geschieden middels een
goedgekeurde membraanveiligheidsklep of een
aansluitarmatuur met membraanveiligheidsklep-
combinatie (geen zuigerklep) voor drukvaste reser-
voirs! Een veiligheidsklepcombinatie bestaat uit
een afsluit-, proef-, retour-, aftap- en veiligheids-
klep met expansiewateraftap en wordt tussen de
koudwatertoevoerleiding en de koudwatertoevoer
van het reservoir ingebouwd volgens de hieronder
in de afbeelding weergegeven volgorde:
22