Afbeelding 39
Selecteer een opdracht. Bevestig - druk op de
instelknop [6] of de rechtertoets [4]. Het scherm
Configuratie opdracht wordt geopend.
Afbeelding 40
5.8.4. Een opdracht verwijderen
Zo verwijdert u een opdracht:
Kies het pictogram 'Configuratie opdracht' op het
hoofdscherm. Bevestig – druk op de instelknop [6]
of rechtertoets [4].
Afbeelding 38
Kies het pictogram 'Opdracht / groep opdrachten
verwijderen' in de balk voor lasparameters Bevestig
– druk op de instelknop [6] or right button [4].
Nederlands
Selecteer 'Alle' of de groep waaruit de opdracht
moet worden verwijderd. Bevestig – druk op de
instelknop [6] of rechtertoets [4].
Selecteer de opdracht die moet worden verwijderd.
Bevestig – druk op de instelknop [6] of rechtertoets [4]
en houd deze 3 seconden ingedrukt.
5.9. Configuratie van lasparameters
Kies het pictogram 'Configuratie opdracht' op het
hoofdscherm.
11
Afbeelding 42
Afbeelding 43
Afbeelding 44
Nederlands