DE BOUGIE CONTROLEREN
–
Gebruik alleen de bijgeleverde moersleutel om de ontstekingsbougie te
verwijderen of te installeren.
–
De afstand tussen de twee elektroden van de bougie moet 0,7 tot 0,8 mm
(0,028" - 0,032") bedragen. Als de afstand te groot of te klein is, moet u deze
aanpassen. Als de elektroden van de bougie verstopt of vervuild zijn, moet u
deze grondig schoonmaken of de bougie vervangen.
LET OP: Raak de bougiekap nooit aan terwijl de motor draait (gevaar van
elektrische schok door hoogspanning).
HET BRANDSTOFFILTER REINIGEN
WAARSCHUWING: STRENG VERBODEN VOOR
Controle- en reinigingsinterval: Maandelijks (iedere 50 bedrijfsuren)
Zuigkop in brandstoftank
–
Het brandstoffilter (1) op de zuigkop wordt gebruikt om de brandstof die door
de carburateur wordt aangezogen, te filteren.
–
Het brandstoffilter moet regelmatig visueel worden gecontroleerd. Hiertoe
draait u de brandstofvuldop eraf en gebruikt u een draadhaak om de
zuigkop uit de brandstofvulopening te trekken. Als het brandstoffilter hard is
geworden, of vervuild of verstopt is, moet het worden vervangen.
–
Onvoldoende brandstoftoevoer kan ervoor zorgen dat het maximale
toegelaten toerental wordt overschreden. Het is daarom belangrijk het
brandstoffilter iedere drie maanden te vervangen om verzekerd te zijn van
een goede brandstoftoevoer naar de carburateur.
DE BRANDSTOFLEIDING VERVANGEN
LET OP: STRENG VERBODEN VOOR ONTBRANDBARE
MATERIALEN
Controle- en reinigingsinterval: Dagelijks (iedere 10 bedrijfsuren) Vervanging:
Jaarlijks (iedere 200 bedrijfsuren)
Vervang de brandstofleiding ieder jaar, ongeacht de gebruiksfrequentie.
Brandstoflekkage kan brand veroorzaken.
Als tijdens de inspectie een lekkage wordt gevonden, vervangt u de
brandstofleiding onmiddellijk.
DE BOUTEN, MOEREN EN SCHROEVEN
INSPECTEREN
–
Draai losse bouten, moeren, enz., weer vast.
–
Controleer op brandstof- en olielekkage.
–
Vervang beschadigde onderdelen door nieuwe voor een veilig gebruik.
DE ONDERDELEN REINIGEN
–
Houd de motor altijd schoon.
–
Houd de koelribben van de cilinder vrij van stof en vuil. Stof en vuil dat zich
tussen de koelribben ophoopt, zal leiden tot het vastlopen van de zuiger.
DE AFDICHTINGEN EN PAKKINGEN VERVANGEN
Nadat de motor uit elkaar is gehaald, moeten bij het weer in elkaar zetten altijd de afdichtingen en pakkingen worden vervangen door nieuwe.
Alle onderhouds- of aanpassingswerkzaamheden die niet in deze gebruiksaanwijzing zijn beschreven, mogen alleen worden uitgevoerd door
erkende servicecentra.
ONTBRANDBARE MATERIALEN
0,7 mm - 0,8 mm
(0,028" - 0,032")
88
Brandstofleiding
Slangklem
Brandstoffilter (1)
Brandstofleiding