4
Introductie
In het geval er wel een meetmicrofoon wordt gebruikt, zal deze dit verschil onderkennen, en
dus toestaan dat de geluidsinstallatie iets meer vermogen mag leveren bij een volle zaal.
Het gebruik van een meetmicrofoon kan ook juist nadelig werken. Vooral in kleinere ruimtes,
waar het maximaal toegestane niveau aan de lage kant ligt (minder dan 100 dBA), zal het
publiek in staat zijn boven de muziek uit te komen, bijvoorbeeld bij meezingen met de muziek.
In dit geval zal de meetmicrofoon dit detecteren, waarna de limiter maar één ding kan doen,
namelijk terugregelen van de muziek. Juist op die momenten zal dit een uiterst ongewenst
effect geven.
De meetmicrofoon van de SPL3 en SPL3TS kan met behulp van een schakelaartje worden
uitgeschakeld, zodat eventueel geëxperimenteerd kan worden met en zonder meetmicrofoon. In
de verderop besproken "live"-mode kan de limiter niet zonder meetmicrofoon werken.
Tijdklok
Een tijdklok aan boord van de limiter kan voordelen hebben indien het
maximaal toegestane geluidsniveau bijvoorbeeld aan het begin van de avond
hoger is dan aan het eind van de avond of begin van de morgen. Deze tijdklok
schakelt de limiter dan automatisch over naar het op dat moment maximaal
toegestane geluidsniveau. De tijdklok aan boord van de SPL2TS en SPL3TS
wordt eenmalig op de juiste tijd ingesteld met de PC-software van de
installateur of meetdienst. De klok schakelt automatisch over tussen zomer- en wintertijd. De
tijdklok deelt de dagen in 3 "TimeSlots". Voor ieder timeslot kan een bepaald maximaal niveau
worden ingesteld. Ook het tijdstip van overgang tussen de timeslots kan uiteraard worden
ingesteld.
Gebruik
De SPL-limiters zijn tijdens gebruik nagenoeg onmerkbaar aanwezig. Het is uiteraard aan te
raden de limiter-drempel niet te ver te overschrijden. Zodra de drempel met meer dan 14dB wordt
overschreden zal de OVERLOAD-LED gaan knipperen. Tijdens normaal bedrijf zal deze situatie
zich nooit voordoen.
Music-mode / Live mode
De SPL3/3TS-limiters kennen twee bedrijfsmodes: één speciaal voor muziek via een
muziekinstallatie (music-mode), en één speciaal voor live-bands (live mode).
Op het moment dat signaal wordt aangeboden op de audio-ingang van de limiter, staat de
limiter in "music-mode". De DETECT-, REDUCTION- en OVERLOAD-LED's geven dan de
status van de limiter aan. Aangeboden signaal wordt teruggeregeld indien het audioniveau de
maximum toelaatbare geluidsdruk overschrijdt.
Als er geen signaal op de audio-ingangen van de limiter wordt aangeboden, terwijl de
meetmicrofoon toch een overschrijding van het maximum geluidsniveau detecteert, schakelt
de limiter in "live-mode". De WARNING- en SANCTION-LED's geven dan de status van de
SPL aan. In de "live-mode" is de SPL3/3TS een echte "bewaker", omdat de limiter uiteraard
niet in staat is op een actieve manier het geluid terug te regelen. Twee schakel-uitgangen
moeten zorgen dat gemeten geluidsniveau de maximaal toegestane geluidsdrempel niet
overschrijden. De eerste uitgang (WARNING) kan een LED of een lamp (via een solid-state-
relais) bedienen, die de muzikant(en) kan waarschuwen wanneer het maximaal toegestane
niveau wordt overschreden. De tweede uitgang kan een (solid-state-relais-)schakelaar
bedienen die op zijn beurt de spanning van de versterker(s) van de live-muzikant(en) kan
uitschakelen. Op het moment dat de muzikant(en) de waarschuwingen van de eerste uitgang
blijft negeren, kan deze tweede uitgang sanctioneren door de spanning af te schakelen.
SPL2(TS) en SPL3(TS) gebruiksaanwijzing
NL