Veiligheids- en instructiestickers
Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich
bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers.
1. Ledematen kunnen worden gesneden/geamputeerd;
ventilator – Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen.
1. Opgeslagen energie – Lees de Gebruikershandleiding.
1. Waarschuwing – Raak het hete oppervlak niet aan.
2. Ledematen kunnen worden gesneden/geamputeerd en
worden gegrepen, ventilator, riem – Blijf uit de buurt van
bewegende onderdelen.
1. Trap het rempedaal en de parkeerrem in om de parkeerrem
in werking te stellen.
2. Trap het rempedaal in om te remmen.
3. Trap het tractiepedaal in om vooruit te rijden.
4. Messenkooien ingeschakeld
5. Transport-modus
93-7272
93–6696
106-6754
110-0986
1. Snelheid tractie-eenheid
2. Langzaam
3. Snel
1. Opgeslagen energie – Lees de Gebruikershandleiding.
2. Beweeg de borgpen naar de opening die het dichtst bij de
stangbeugel is, en verwijder daarna de hefarm en het juk
van het draaipunt.
1. Motorkoelvloeistof onder
druk.
2. Explosiegevaar – Lees de
Gebruikershandleiding.
1. Waarschuwing – Het is niet toegestaan passagiers te
vervoeren.
8
110-8921
110-9642
106-6755
3. Waarschuwing – Raak het
hete oppervlak niet aan.
4. Waarschuwing – Lees de
Gebruikershandleiding.
93-6689