Opstelling, gas- en elektrische aansluiting
Gasaansluiting
De installatie mag uitsluitend door een erkende installateur of
een door de importeur erkende servicemonteur worden
uitgevoerd volgens de "Instructie voor het aansluiten van het
gas en het wijzigen van de gassoort".
Voor de door de importeur erkende installateur of
servicedienst
Attentie!
De instellingsvoorwaarden voor dit apparaat staan op het
■
typeplaatje op de achterzijde van het apparaat aangegeven.
De door de fabriek ingestelde gassoort is met een ster (*)
gemarkeerd.
Controleer voor de opstelling van het apparaat de
■
distributievoorwaarden (gassoort en gasdruk) en verzeker u
ervan dat de gasinstelling van het apparaat hierop is
ingesteld. Indien de instellingen van het apparaat gewijzigd
moeten worden, raadpleeg dan de instructies in het
hoofdstuk "Instructie voor het aansluiten van het gas en het
wijzigen van de gassoort".
Dit apparaat is niet op een verbrandingsgasafvoer
■
aangesloten. Het apparaat moet in overeenstemming met de
installatievoorschriften aangesloten en in gebruik genomen
worden. Sluit het apparaat niet op een verbrandingsgasafvoer
aan. Alle ventilatievoorschriften moeten in acht genomen
worden.
De gasaansluiting moet via een vaste, niet-flexibele
■
aansluiting (gasleiding) of via een veiligheidsslang worden
gerealiseerd.
Indien een veiligheidsslang wordt gebruikt, moet er beslist op
■
gelet worden dat de slang niet vastgeklemd of geknikt wordt.
De slang mag niet met hete oppervlakken in aanraking
komen.
De gasleiding (gasleiding of veiligheidsslang) kan zowel aan
■
de linker- als aan de rechterzijde van het apparaat worden
aangesloten. De aansluiting moet over een gemakkelijk
toegankelijke afsluitingsvoorziening beschikken.
Storingen aan de gasinstallatie/ gaslucht
Wanneer u merkt dat het naar gas ruikt of storingen aan de
gasinstallatie vaststelt, dient u het volgende te doen.
direct de gastoevoer of het ventiel van de gasfles sluiten
■
direct open vuur en sigaretten doven
■
elektrische apparaten uitschakelen ook lampen
■
ramen openen en de ruimte goed luchten
■
telefonisch contact opnemen met de klantenservice of de
■
elektriciteitsmaatschappij.
Apparaat aan de gasleiding of aan de
deurgreep verschuiven
Verschuif het apparaat niet door aan de gasleiding te trekken;
de gasleiding kan beschadigd raken. Gevaar voor een gaslek!
Verschuif het apparaat niet door aan de deurgreep te trekken.
Deurscharnieren en deurgreep kunnen beschadigd raken.
Elektrische aansluiting
Attentie!
Laat het apparaat door een servicedienst plaatsen. Voor de
■
aansluiting is een zekering van 16 A nodig. Het apparaat is
geschikt voor een netspanning van 220-240 V.
Wanneer de netspanning afneemt tot minder dan 180 V,
■
functioneert het elektrische ontstekingssysteem niet meer.
Wordt het apparaat verkeerd aangesloten, vervalt bij schade
■
de garantieclaim.
Als de aansluitkabel beschadigd raakt, moet deze door de
■
fabrikant, door de servicedienst of door een erkende monteur
worden vervangen.
Voor de servicedienst
Attentie!
Het apparaat moet overeenkomstig de specificaties op het
■
typeplaatje worden aangesloten.
Sluit het toestel alleen op een elektrische aansluiting aan die
■
voldoet aan de geldende bepalingen. De contactdoos moet
goed toegankelijk zijn om het apparaat indien nodig van het
lichtnet te kunnen scheiden.
Er moet een meerpolige scheidingsinrichting aangebracht
■
zijn.
Gebruik nooit een verlengkabel of meervoudige stekker.
■
Om veiligheidsredenen mag dit apparaat alleen op een
■
geaarde aansluiting worden aangesloten, Wanneer de
randaarde-aansluiting niet aan de voorwaarden voldoet, is de
bescherming tegen elektrische gevaren niet gegarandeerd.
Voor de aansluiting van het apparaat moet een kabel van het
■
type H 05 W-F of gelijkwaardig worden gebruikt.
Fornuis met de waterpas horizontaal plaatsen
Zet het fornuis direct op de vloer.
Ovenlade eruit trekken en er naar boven uittillen.
1.
Aan de onderkant bevinden zich binnenin voor en achter
stelvoeten.
De stelvoeten zo nodig met een zeskantsleutel omhoog of
2.
omlaag draaien, tot het fornuis waterpas staat (Afbeelding A).
Ovenlade weer inschuiven (Afbeelding B).
3.
Bevestiging aan de wand
Om te voorkomen dat het fornuis kantelt, dient u het met de
meegeleverde haak aan de wand te bevestigen. Neem het
montagevoorschrift voor bevestiging aan de wand in acht.
35