Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Intervalopname; Zelfontspanner - Leica S3 Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

NL

INTERVALOPNAME

Met deze camera kunt u bewegingen over een langere periode in de vorm
van intervalopnamen automatisch opnemen. Daarbij legt u de afstanden
tussen de opnamen en het aantal foto's vast.
Aantal opnamen vastleggen
kiezen
CAMERA
CAMERA
In het hoofdmenu,
kiezen
Drive Mode
Drive Mode
In het submenu,
kiezen
Interval
Interval
kiezen
Frames
Frames
• Er verschijnt een cijferblok-submenu (zie pagina 28).
• Bij het oproepen van dit cijferblok-submenu overschrijft de nieuwe
instelling altijd het aanwezige aantal opnames.
• U kunt opname-aantallen tussen 1 en 9999 invoeren.
Afstanden tussen de opnamen vastleggen
kiezen
CAMERA
CAMERA
In het hoofdmenu,
kiezen
Drive Mode
Drive Mode
In het submenu,
kiezen
Interval
Interval
kiezen
Interval Time
Interval Time
Gewenste afstand tussen de opnamen kiezen
Met de ontspanner de serie starten
Aanwijzingen
• Als er geen getal wordt ingevoerd, plaatst de camera automatisch de
getallen van de fabrieksinstelling.
• De functie blijft actief, tot zij in het menu weer wordt uitgeschakeld.
Lopende intervalopname onderbreken
LB-knop, LO-knop of RO-knop indrukken
• Door de ontspanner nogmaals in te drukken kan de opname worden
voortgezet.
Bij lopende intervalopname nieuwe serie starten
Ontspanner indrukken
46
Aanwijzingen
• Het buffergeheugen van de camera laat slechts een beperkt aantal
serieopnamen toe.
• Als de automatische uitschakeling van de camera is ingesteld en er
vindt geen bediening plaats, schakelt de camera zichzelf tussen de
afzonderlijke opnamen uit en weer aan.
• Intervalopnamen over een langere periode op een koude locatie of op
een locatie met hoge temperatuur en luchtvochtigheid kunnen
eventueel leiden tot functiestoringen.
• Een intervalopname zal in de volgende situaties worden onderbroken of
gestopt:
– Als de batterij leeg is
– Als de camera uitgeschakeld is
– als de geheugenkaart vol is
Gebruik daartoe een voldoend opgeladen batterij.
• Als de intervalopname wordt onderbroken of wordt afgebroken, kunt u
deze voortzetten door de camera uit te schakelen, batterij of geheugen-
kaart te verwisselen en dan de camera weer in te schakelen. De
opnamen die daarna plaatsvinden, worden in een eigen groep
opgeslagen.
• De intervalfunctie blijft ook na een afloop van een complete serie, en
na het uit- en inschakelen van de camera geactiveerd. Als u weer
andere foto's wilt maken, selecteer dan eerst de gewenste functie in
het submenu
. Daarom verschijnt een bijbehorend
Drive Mode
Drive Mode
vraag-beeldscherm wanneer de camera bij geactiveerde
uit- en weer ingeschakeld wordt.
• De intervalfunctie betekent niet dat de camera als bewakingstoestel
geschikt is.
• Onafhankelijk van het aantal opnamen in een serie, wordt in beide
weergavemodi eerst de laatste foto van de serie getoond, respectieve-
lijk tijdens het opslaan de laatste op de geheugenkaart reeds
opgeslagen foto van de serie getoond.

ZELFONTSPANNER

Met de zelfontspanner kunt u een opname met een vertraging van 2 of 12
s maken. Dit is bijvoorbeeld handig als u bewegingsonscherpte bij het
afdrukken wilt vermijden, of bij groepsopnamen, waarbij u zelf ook in
beeld wilt verschijnen.
In zulke gevallen is het raadzaam de camera op een statief te bevestigen.
kiezen
CAMERA
CAMERA
In het hoofdmenu,
Drive Mode
Drive Mode
In het submenu afhankelijk van de gewenste vertragingstijd
of
kiezen
Self Timer 12 s
Self Timer 12 s
De opname maken
• Bij 2 s vertragingstijd:
eerst wordt de belichtingsmeting verricht, in autofocusmodus wordt
scherp gesteld en de spiegel klapt omhoog. Dan begint de
vertragingstijd.
• Bij 12 s vertragingstijd:
de vertragingstijd begint onmiddellijk na het doordrukken van de ont-
spanner, 2 s vóór het ontspannen klapt de spiegel omhoog
• Aan de voorkant van de camera geeft de knipperende LED bij 12 s
vertragingstijd het verstrijken van de vertragingstijd van de eerste 10
s aan. Op de monitor wordt tegelijkertijd afgeteld.
• Tijdens het aftelproces kunt u de vertragingstijd opnieuw starten,
respectievelijk verlengen door de ontspanner weer in te drukken.
functie
Interval
Interval
De verstrijkende vertragingstijd van de zelfontspanner afbreken
De camera met de hoofdschakelaar uitschakelen
of
RB/RO/LB/LO-knop indrukken (uitsluitend gedurende de eerste 10 s
bij 12 s vertragingstijd)
Aanwijzing
Als de zelfontspanner niet langer moet worden gebruikt, moet deze in het
menu worden uitgeschakeld, aangezien zelfs het uitschakelen van de
camera de instelling van deze functie niet wist.
kiezen
Self Timer 2 s
Self Timer 2 s

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave