Aanwijzingen
• Het afbreken van de functie gebeurt door de camera uit te schakelen
met de hoofdschakelaar, daarop klapt de spiegel weer naar onderen.
• Als de spiegelvoorontspanning is ingesteld, blijft de functie na het
uit- en weer inschakelen van de camera geactiveerd; dat wil zeggen:
moet de volgende opname zonder spiegelvoorontspanning plaatsvin-
den, moet de functie in het menu op
worden gezet.
Uit
Uit
• Als tegelijkertijd de spiegelvoorontspanning is geactiveerd en de
zelfontspanner-functie ingesteld, vindt de sluitprocedure in principe na
de gekozen wachttijd plaats; dat wil zeggen: zonder dat de ontspanner
opnieuw hoeft te worden bediend.
MASKERING
Naast de standaard hoogte-breedteverhouding (2:3) voor foto's zijn bij
gebruik van het DNG-formaat nog drie verhoudingen beschikbaar: 1:1,
16:9, 2:1. Reeds bij de opname openen ze u meer mogelijkheden voor de
beeldvorming.
▸
kiezen
SETUP
SETUP
▸
In het hoofdmenu,
kiezen
Capture Assistants
Capture Assistants
▸
In het submenu,
kiezen
Photo Masks
Photo Masks
▸
Gewenst formaat kiezen
• Er wordt een overeenkomstig masker op het monitorbeeld
geplaatst, bij 1:1 links en rechts, bij 16:9 en 2:1 boven en onder.
Bij de opname is de maskering doorzichtig, bij de weergave van de
betreffende foto in de camera niet.
Aanwijzing
Onafhankelijk van de gekozen hoogte-breedteverhouding wordt altijd het
gehele 2:3-beeldveld geregistreerd; dat wil zeggen: de maskering van het
monitorbeeld betreft uitsluitend de weergave in de camera. In beeldbe-
werkingsprogramma's wordt de foto weliswaar aanvankelijk ook in de
gekozen hoogte-breedteverhouding getoond, maar daar is het mogelijk de
maskering op te heffen, zodat weer het gehele 2:3-beeldveld beschikbaar
is.
SERIEOPNAME
In de fabrieksinstelling is de camera ingesteld op opnamen van motieven.
Maar u kunt ook serieopnamen maken, bijvoorbeeld om een bewegings-
proces in meerdere stappen vast te leggen. Of afzonderlijke opnamen of
serieopnamen worden gemaakt, stelt u vooraf in via menubediening.
Met de Leica S3 kunt u opnameseries met een beeldsnelheid van circa
3 b/s maken.
▸
kiezen
CAMERA
CAMERA
▸
In het hoofdmenu,
kiezen
Drive Mode
Drive Mode
▸
In het submenu,
kiezen
Continuous
Continuous
Na de instelling worden serieopnamen gemaakt zolang u de ontspanner
helemaal ingedrukt houdt (en de capaciteit van de geheugenkaart
voldoende is). Wanneer u de ontspanner echter slechts aantikt, worden
steeds afzonderlijke opnamen gemaakt.
Aanwijzingen
• De genoemde opnamen per seconde en het maximaal mogelijke aantal
opnamen in een serie zijn gebaseerd op de standaardinstelling. In
andere instellingen, respectievelijk afhankelijk van de beeldinhoud,
White Balance-instelling en gebruikte geheugenkaart kunnen de
frequentie en het aantal daarvan afwijken.
• Onafhankelijk van het aantal opnamen in een serie, wordt in beide
weergavemodi eerst de laatste foto van de serie getoond, respectieve-
lijk tijdens het opslaan de laatste op de geheugenkaart reeds
opgeslagen foto van de serie getoond.
NL
45