BELICHTING
NL
BELICHTINGSMEETMETHODEN
Kiesbare methoden zijn spot-meting, centrum-georiënteerde meting en
meerveldsmeting. Bij het onder-/overschrijden van het meetbereik
knippert de linker streep van de lichtschaal op de monitor.
▸
kiezen
CAMERA
CAMERA
▸
In het hoofdmenu,
kiezen
Exp. Metering
Exp. Metering
▸
Gewenste meetmethode kiezen (
Spot
Spot
• De ingestelde meetmethode wordt weergegeven in de kopregel van
het monitorbeeld.
SPOT-METING -
Voor de spotmeting wordt uitsluitend het midden van het beeldveld
opgemeten en geëvalueerd. Het bereik wordt door de cirkel
midden van het matglas aangegeven. In de Live View-modus is de
spotmeting verbonden met de autofocusmeting; dat wil zeggen: het
verplaatsen van het AF-meetpunt heeft ook betrekking op het spot-meet-
veld.
CENTRUM-GEORIËNTEERDE METING -
Deze methode houdt rekening met het hele beeldveld. De in het midden
geregistreerde onderwerpen bepalen veel sterker dan de randgebieden de
berekening van de belichtingswaarde.
MULTI-VELD-METING -
Deze meetmethode baseert op de registratie van meerdere meetwaarden.
Ze worden in een algoritme berekend die aan de situatie is aangepast,
wat resulteert in een belichtingswaarde die is afgestemd op de passende
weergave van het veronderstelde hoofdonderwerp.
38
1
De cirkel is niet bij alle matglas-varianten aanwezig.
HET AF/SPOTMEETVELD IN DE LIVE VIEW MODUS VER-
PLAATSEN
In de Live View-modus kunt u het meetveld met behulp van de joystick
naar een willekeurige plaats in het beeldveld verplaatsen.
In de beide vergrote aanzichten wordt daarbij eerst de uitsnede samen
met het in het midden verblijvende meetveld verplaatst. Pas als de
uitsnede de betreffende beeldveldrand bereikt, kan het meetveld worden
verplaatst door het aan de uitsnederand te bewegen.
,
,
)
Center-Weighted
Center-Weighted
Multi-Field
Multi-Field
Aanwijzing
Als in de Live View-modus de belichtingsmeetmethode Spot wordt
gebruikt, is dat meetveld gekoppeld met dat van de autofocus. Dat wil
zeggen: het verplaatsen betreft dan beide meetvelden.
1
in het
HET MEETBEREIK ONDER-/OVERSCHRIJDEN
Als de waarde lager is dan het meetbereik van de camera, is een exacte
belichtingsmeting niet mogelijk. De dan eventueel nog in de zoeker
weergegeven meetwaarden kunnen leiden tot verkeerde belichtingsresul-
taten.
Daarom verschijnt bij een waarde onder het meetbereik in principe de
weergave
in de zoeker.
LB
LB
BELICHTINGSMODI
Voor de optimale aanpassing aan het betreffende onderwerp of uw
favoriete werkwijze kunt u kiezen uit vier belichtingsmodi: programma-au-
tomaat (
), tijdautomaat (
) en diafragma-automaat (
P
P
A
A
instelling (
).
M
M
▸
Houd het duimwieltje lang (≥ 1 s) ingedrukt
• In het top-display vervangt de groot weergegeven kenletter van de
ingestelde modus de gangbare weergave.
▸
Duimwieltje draaien
(alle vier modi zijn in beide richtingen bereikbaar)
• In het top-display verschijnt na korte tijd (circa 2 s) respectievelijk
onmiddellijk als u de ontspanner tot het drukpunt indrukt weer de
gangbare weergave, zonder verdere bedieningsstap.
Aanwijzingen
• De instellingen van sluitertijd en diafragma realiseert u door het
duimwieltje en / of het sluitertijd-instelwieltje te verdraaien. In beide
gevallen zijn er ook halve niveaus beschikbaar.
• Die instellingen van de sluitertijd (bij
en
) vinden steeds plaats met
T
M
het sluitertijd-instelwiel; de instelling van het diafragma steeds met het
duimwieltje. In beide gevallen zijn er eventueel ook halve niveaus
beschikbaar.
In de fabrieksinstelling leidt het verdraaien van het duimwieltje naar
rechts tot kleinere diafragmawaarden, naar links grotere. Dit kan naar
wens worden omgekeerd.
▸
kiezen
SETUP
SETUP
▸
In het hoofdmenu,
kiezen
Customize Controls
Customize Controls
▸
In het submenu,
kiezen
Rear Wheel Direction
Rear Wheel Direction
▸
Gewenste draairichting kiezen
Voor absolute zekerheid tegen abusievelijk veranderen van modus,
sluitertijd, diafragma enzovoort kunt u de functie van beide wieltjes
deactiveren; dat wil zeggen: draaien en drukken heeft dan in de
opnamemodus geen invloed op enige instelling.
▸
kiezen
SETUP
SETUP
▸
In het hoofdmenu,
kiezen
Keylock
Keylock
▸
of
kiezen
On
On
Off
Off
• Bij
verschijnt het betreffende symbool in het top-display, maar
On
On
bij de Live View-modus ook op de monitor.
) en de handmatige
S
S