Inhoudsopgave
Advertenties
ISO-FILMGEVOELIGHEID
NL
De ISO-instelling heeft een bereik van ISO 100 – 50000, wat de
aanpassing aan de betreffende situaties mogelijk maakt.
Behalve de vaste instellingen biedt de camera ook de optie
waardoor de camera de gevoeligheid automatisch aan het omgevingslicht,
respectievelijk de gekozen sluitertijd-/diafragmacombinatie aanpast. In
combinatie met de tijdautomaat wordt hierdoor het bereik van de
automatische belichtingsregeling uitgebreid. Bij handmatige belichtingsin-
stelling biedt dit meer ruimte voor het gebruik van de gewenste sluiter-
tijd/diafragmacombinatie. Binnen de automatische instelling biedt het de
mogelijkheid prioriteiten vast te leggen, bijvoorbeeld om creatieve
redenen.
Aanwijzingen
• In het bijzonder bij hoge ISO-waarden en latere beeldbewerking en
vooral in grotere gebieden van uniforme helderheid van het onderwerp
kan er ruis zichtbaar worden, alsmede verticale en horizontale strepen.
• Bij serieopnamen moet u erop letten dat de beeldtijden bij hogere
gevoeligheden langzamer kunnen worden.
Als u de gevoeligheid handmatig wilt vastleggen
▸
kiezen
IMAGE
IMAGE
▸
In het hoofdmenu,
kiezen
ISO
ISO
▸
Gewenste waarde kiezen
Als de gevoeligheidsinstelling automatisch en onbegrensd moet
werken
▸
kiezen
IMAGE
IMAGE
▸
In het hoofdmenu,
kiezen
ISO
ISO
▸
In het submenu,
kiezen
ISO Auto
ISO Auto
1
Bij het gebruik van flitsapparaten is de functie niet beschikbaar.
36
Als u het bereik van de automatische instelling wilt begrenzen
▸
kiezen
SETUP
SETUP
▸
In het hoofdmenu,
Auto ISO Setup
Auto ISO Setup
▸
In het submenu,
Auto ISO Photo
Auto ISO Photo
1
ISO Auto
ISO Auto
▸
In het verdere submenu
Maximum Auto ISO
Maximum Auto ISO
kiezen
Maximum Exposure Time
Maximum Exposure Time
• Bij
verschijnt een lijst met de beschikbare
Maximum Auto ISO
Maximum Auto ISO
instelbare waarden, bij
met meerdere alternatieven.
In het submenu
Maximum Auto ISO
Maximum Auto ISO
heid het bereik vast waarbinnen de automatische instelling moet werken.
In het submenu
Maximum Exposure Time
Maximum Exposure Time
overlaten, sluitertijden te berekenen die geen onscherpte veroorzaken,
met één van de drie brandpuntsafstand-gerelateerde instellingen
, óf zelf de langste sluitertijd invoeren. Bij de instellingen die op
1/4f
1/4f
brandpuntsafstand zijn gebaseerd, schakelt de camera pas over op een
hogere filmgevoeligheid als wegens geringere lichtsterkte de sluitertijd
onder de betreffende drempel zou vallen, dus bijvoorbeeld met een 70
mm-objectief bij langere tijden dan 1⁄60 s bij
bij
of 1⁄250 s bij
.
1/2f
1/2f
1/4f
1/4f
Aanwijzing
De fabrieksinstelling
leidt tot de langste sluitertijden volgens de voor
1/f
1/f
dit formaat aangepaste vuistregel voor stabiele opnamen uit de hand,
bijvoorbeeld 1⁄60 s met de Summarit-S 1:2.5/70 ASPH. De overeenkom-
stige sluitertijden met
en
1/2f
1/2f
1⁄250 s zijn.
kiezen
kiezen
, respectievelijk
een ander submenu
Maximum Exposure Time
Maximum Exposure Time
legt u met de gekozen hoogste gevoelig-
kunt u óf het aan de camera
,
,
1/f
1/f
1/2f
1/2f
, respectievelijk 1⁄125 s
1/f
1/f
zouden in het voorbeeld 1⁄125 s en
1/4f
1/4f
WITBALANS
In de digitale fotografie zorgt de witbalans voor een neutrale kleurweerga-
ve bij elk licht. De kleur die als wit moet worden weergegeven, wordt
vooraf in de camera ingesteld.
Daartoe zijn vier mogelijkheden beschikbaar:
– automatische regeling
– vaste voorinstellingen
– handmatige instelling door meting
– direct instellen van de kleurtemperatuur
AUTOMATISCHE REGELING / VASTE INSTELLINGEN
–
: voor de automatische regeling, die in de meeste situaties
Auto
Auto
neutrale resultaten levert
– acht vaste voorinstellingen voor de meest voorkomende lichtbronnen:
–
: voor buitenopnamen bij zonneschijn
Daylight
Daylight
–
: voor buitenopnamen bij bewolkte hemel
Cloudy
Cloudy
–
: voor buitenopnamen met het belangrijkste onderwerp in
Shadow
Shadow
de schaduw
–
: voor binnenopnamen met (voornamelijk) licht van
Tungsten
Tungsten
gloeilampen
–
: voor foto's binnenshuis met (voornamelijk) licht van
HMI
HMI
metaalhalidelampen
–
: voor foto's met (voornamelijk) licht van
Fluorescent Warm
Fluorescent Warm
tl-buizen met warme lichtkleur
–
: voor foto's met (voornamelijk) licht van tl-buizen
Fluorescent Cool
Fluorescent Cool
met koele lichtkleur
–
: voor foto's met (voornamelijk) elektronenflits-belichting
Flash
Flash
Aanwijzing
Bij gebruik van Leica System flitsapparaten, bijvoorbeeld van elektronen-
flitsers, die over de technische mogelijkheden van een System-Came-
ra-Adaption (SCA) van het systeem 3002 en over de adapter SCA-3502
(vanaf versie 5) beschikken, kan de witbalans voor een juiste kleurweerga-
ve op
worden gezet.
Automatic
Automatic
Wanneer er echter andere, niet specifiek op de Leica S3 afgestemde
flitsapparaten worden gebruikt, moet de instelling
▸
kiezen
IMAGE
IMAGE
▸
In het hoofdmenu,
kiezen
White Balance
White Balance
▸
Gewenste instelling kiezen
worden gebruikt.
Advertenties
Inhoudsopgave
