1. Tractiepedaal
2. Hendel voor
maaien/transport
3. Maaisnelheidsbegrenzer
en afstandsstukken
Hendel voor maaien/transport
Gebruik de hendel voor maaien/transport
om de machine in de M
te schakelen. Duw de hendel naar voren om de
M
te selecteren, en naar achteren om de
AAIMODUS
T
te selecteren.
RANSPORTMODUS
Opmerking:
De maaidekken kunnen niet
worden neergelaten als de maai-/hefhendel in de
staat.
TRANSPORTSTAND
Maaitoerentalbegrenzer
Als de maaitoerentalbegrenzer
omhoog/voorwaarts is geklapt, kunt u het
maaitoerental regelen en de maaidekken inschakelen.
Met elk afstandsstuk kunt u de maaisnelheid
met ongeveer 0,8 km/u wijzigen. Hoe meer
afstandsstukken u bovenop de bout plaatst,
des te trager zal de machine gaan. Zet de
maaisnelheidsbegrenzer achteruit om met de
maximale transportsnelheid te rijden.
Rempedaal
Trap het rempedaal in
stoppen.
Parkeerrem
Om de parkeerrem
(Figuur
moet u het rempedaal intrappen en de bovenkant
Figuur 41
4. Rempedaal
5. Parkeerrem
6. Pedaal voor
stuurverstelling
(Figuur
- of T
AAI
RANSPORTMODUS
(Figuur
41)
(Figuur
41) om de machine te
41) in werking te stellen,
naar voren drukken om dit vast te zetten. Om de
parkeerrem uit te schakelen, trapt u het rempedaal
in totdat de vergrendeling van de parkeerrem wordt
ingetrokken.
Pedaal voor stuurverstelling
Om het stuur in uw richting te kantelen, moet u het
pedaal
(Figuur
u toe trekken in een positie die voor u het meest
comfortabel is, en uw voet van het pedaal halen.
Toerentalschakelaar
Met de toerentalschakelaar kunt u het toerental op
2 manieren veranderen
g003955
schakelaar te tikken kan het toerental in stappen van
100 tpm worden verhoogd of verlaagd. Hou een zijde
van de schakelaar ingedrukt om de motor automatisch
in hoog of laag stationair te schakelen.
41)
1. Maai-/hefhendel
2. Contactschakelaar
3. InfoCenter
Maai-/hefhendel
Met deze hendel
omhoog en omlaag brengen en de messen starten
en tot stilstand brengen als de maaidekken in
de
MAAISTAND
niet neerlaten als de maai-/hefhendel in de
TRANSPORTSTAND
Contactschakelaar
De contactschakelaar
,
/
UIT
AAN
VOORGLOEIEN
26
41) intrappen, de stuurkolom naar
(Figuur
42). Door op de
Figuur 42
4. Activerings-
/blokkeringsschakelaar
5. Toerentalschakelaar
6. Schakelaar van
koplampen
(Figuur
42) kunt u de maaidekken
zijn gezet. U kunt de maaidekken
staat.
(Figuur
42) heeft 3 standen:
en
.
START
g021208