Figuur 12
1. Tapbout
2. Rechterlip (draagframe)
4.
Monteer de tapbout van de gazoncompensatie-
veer op de rechterlip van het draagframe
13); gebruik hierbij de flensborgmoer (⅜").
Figuur 13
1. Flensborgmoer (⅜")
2. Rechterlip (draagframe)
5.
Lijn de openingen in de gazoncompensatiebeu-
gel uit met de openingen in het frame van de
maai-eenheid
(Figuur
Opmerking:
De steunlus van de slanggeleider
is naar de middellijn van de machine gericht.
3. Flensborgmoer (⅜")
(Figuur
3. Tapbout
14).
g375691
1. Gazoncompensatiebeugel
2. Slotbout (⅜" x 1¼")
6.
Monteer de gazoncompensatiebeugel op het
frame van de maai-eenheid; gebruik de 2
slotbouten (⅜" x 1¼") en 2 flensborgmoeren
(⅜").
7.
Haal de borgmoeren en bouten aan met 37 tot
45 N∙m.
8.
Herhaal stap
maai-eenheid.
De voorste maai-eenheden aan de
hefarmen monteren
1.
Schuif een maai-eenheid onder de hefarm
(Figuur
15).
g375694
1. Dop
2. Borgpen
2.
Monteer het juk van het draaipunt op de as van
het draagframe.
16
Figuur 14
3. Flensborgmoer (⅜")
4. Naar binnen gericht
1
tot en met
7
voor de andere
Figuur 15
3. Juk van draaipunt
4. As van draagframe
g378789
g375274