vervangen; zie
Mes(sen) van de maai-eenheden
verwijderen en monteren (bladz.
Mes(sen) van de
maai-eenheden verwijderen
en monteren
Vervang een mes als het een vast voorwerp heeft
geraakt, of als het uit balans of krom is. Gebruik ter
vervanging altijd originele Toro messen zodat u zeker
bent van een veilig gebruik en optimale prestaties.
1.
Parkeer de machine op een horizontaal
oppervlak, zet de maai-eenheid in de
transportstand, stel de parkeerrem in werking,
schakel de motor uit en verwijder het sleuteltje.
Opmerking:
Zet de maai-eenheid vast om te
voorkomen dat dit per ongeluk naar beneden
valt.
2.
Pak het uiteinde van het mes vast met een doek
of een dikke, gevoerde handschoen.
3.
Verwijder de mesbout, de antiscalpeercup en
het mes van de as
Figuur 141
1. Mesbout
4.
Monteer het mes, de antiscalpeercup en de
mesbout; zet de mesbout vast met een torsie
van 115 tot 149 N·m.
Belangrijk:
Het gebogen deel van het
mes moet naar de binnenzijde van de
maai-eenheid wijzen om een goede
maaikwaliteit te garanderen.
Opmerking:
Als u een vreemd voorwerp hebt
geraakt, moet u alle moeren van de aspoelie
vastdraaien met een torsie van 115 tot 149 Nm.
Een mes controleren en
slijpen
Onderhoudsinterval: Na de eerste 10 bedrijfsuren
Om de 50 bedrijfsuren
96).
(Figuur
141).
2. Antiscalpeercup
Bij elk gebruik of dagelijks
Zowel de snijranden als de vleugel – dat is het deel
dat naar boven steekt tegenover de snijrand – zorgen
ervoor dat het mes een goede maaikwaliteit levert.
De vleugel zet het gras rechtop zodat het gelijkmatig
wordt gemaaid. De vleugel slijt echter geleidelijk aan
tijdens het gebruik, en hierdoor zal de maaikwaliteit
afnemen, ook al blijven de snijranden scherp. De
snijrand van het mes moet scherp zijn zodat het gras
wordt gemaaid en niet wordt afgescheurd. De snijrand
is bot als de punten van de grassprieten bruin zijn of
kapot zijn gescheurd. Slijp de snijranden om dit te
verhelpen.
1.
Zet de machine op een egale ondergrond,
breng de maai-eenheid omhoog, stel de
parkeerrem in werking, zet het tractiepedaal
in de N
EUTRAALSTAND
U
. Zet daarna de motor uit en verwijder het
IT
sleuteltje.
2.
Controleer nauwkeurig de uiteinden van het
maaimes, in het bijzonder op de plaats waar het
platte en het gebogen deel samenkomen; zie
Figuur
142.
Opmerking:
en het gebogen deel van het mes verbindt,
kan wegslijten door zand en ander schurend
materiaal, moet u dit steeds controleren voordat
u gaat maaien. Als u een slijtplek ontdekt, moet
u het mes vervangen
g004741
1. Snijrand
2. Gebogen deel
3.
Controleer de snijranden van alle messen.
4.
Als de snijranden niet scherp zijn of bramen
vertonen, moeten ze worden geslepen
143).
96
en schakel de aftakas
Omdat het metaal dat het platte
(Figuur
142).
Figuur 142
3. Slijtage/groefvorming
4. Scheur
g006530
(Figuur