Onderhoud
Opmerking:
Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine.
Belangrijk:
Raadpleeg de Gebruikershandleiding van de motor voor verdere onderhoudsprocedures.
Belangrijk:
Als u onderhoud uitvoert aan de machine en een afvoerbuis aan de uitlaat gekoppeld hebt,
dient u de instelling Inhibit Regen A
Veiligheid bij onderhoud
•
Doe het volgende voordat u de bestuurdersstoel
verlaat:
– Parkeer de machine op een horizontaal
oppervlak.
– Schakel de aftakas uit en laat de werktuigen
zakken.
– Stel de parkeerrem in werking.
– Zet de motor af en verwijder het sleuteltje.
– Wacht totdat alle bewegende onderdelen tot
stilstand zijn gekomen.
•
Laat de onderdelen van de machine afkoelen
voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
•
Als de maai-eenheden in de transportstand
staan, breng dan een positieve mechanische
vergrendeling aan (indien aanwezig) voordat u de
machine onbeheerd achterlaat.
Aanbevolen onderhoudsschema
Onderhoudsinterval
Na de eerste 10 bedrijfsuren
Na de eerste 50 bedrijfsuren
Bij elk gebruik of dagelijks
Om de 50 bedrijfsuren
Om de 100 bedrijfsuren
te zetten; zie
AN
Onderhoudsprocedure
• De wielmoeren controleren.
• De riem van de 24V-wisselstroomdynamo en de AC-compressorriem controleren
• De torsie van de mesbout controleren.
• Riem van de 12V-wisselstroomdynamo controleren
• De bandenspanning controleren.
• Controleer de stoptijd van het mes.
• Oliepeil controleren.
• Brandstoffilter/waterafscheider aftappen.
• Controleer het peil van de motorkoelvloeistof in het overloopreservoir.
• Gebruik perslucht om vuil van het hydraulische vloeistofkoelblok en het radiateurblok
te verwijderen.
• Controleer het peil van de hydraulische vloeistof.
• Controleer de conditie van het maaimes.
• Het veiligheidssysteem controleren.
• De machine schoonmaken.
• De veiligheidsgordels onderhouden en reinigen.
• Smeer alle smeernippels.
• Verwijder het luchtfilterdeksel en verwijder het vuil. Verwijder het filter niet.
• De conditie van de accu controleren.
• De riemen van de mesaandrijving controleren.
• De torsie van de mesbout controleren.
• Verwijder alle vuil en maaisel van de motor, radiateur en de oliekoeler.
• De slangen van het koelsysteem controleren.
Inhibit Regen instellen (bladz.
•
Voer indien mogelijk geen onderhoudswerkzaam-
heden uit als de motor draait. Blijf uit de buurt van
bewegende onderdelen.
•
Ondersteun de machine met assteunen als u
onder de machine werkt.
•
Haal voorzichtig de druk van onderdelen met
opgeslagen energie.
•
Zorg ervoor dat alle onderdelen van de
machine in goede staat verkeren en alle
bevestigingselementen stevig vastzitten, in het
bijzonder de bevestigingen van maaimessen.
•
Vervang versleten of beschadigde stickers.
•
Om veilige en optimale prestaties van de machine
te verkrijgen, moet u ter vervanging alleen
originele Toro onderdelen gebruiken. Gebruik
ter vervanging nooit onderdelen van andere
fabrikanten, omdat dit gevaarlijk kan zijn en de
productgarantie hierdoor kan vervallen.
62
48).