ACU-100
Bepaal de signalering parameters afhankelijk voor beide posities / zones ingenomen door de
sirene. Voer in elk geval een drie cijferige volgorde in conform Tabel 12.
Bijvoorbeeld, invoeren van de waarde 2-0-1 betekent dat de signalering 3 minuten zal duren,
de akoestische signalering uitgeschakeld is en dat de optische signalering ingeschakeld is.
13.1.12 ASW-100 E en ASW-100 F controllers
Voer een cijfer in met een bereik van 0 tot 2 welke correspondeert met de geselecteerde
werkingsmode.
13.2 LCD B
EDIENDEEL
In het LCD bediendeel van het INTEGRA / INTEGRA Plus alarmsysteem, additionele
parameters en opties van de draadloze apparaten kunnen worden geprogrammeerd door
gebruik van de C
U
I
ITBREIDINGEN
gestart is, selecteer dan de zone van het draadloze apparaat en druk op de [#] of toets.
Indien apparaten meer zones in beslag nemen dient de juiste zone te worden geselecteerd
voor de programmering van de parameters. Na het programmeren van de parameters
bevestig de nieuwe instellingen met het [#] toets. Automatisch zal worden teruggekeerd naar
de zone selectielijst.
In het LCD bediendeel verbonden met de controller, worden additionele parameters en opties
van de draadloze apparaten ook geprogrammeerd door gebruik te maken van de
C
functie (S
ONFIGURATIE
gestart is, selecteer dan de zone van het draadloze apparaat en druk op de [#] of toets.
Indien apparaten meer zones in beslag nemen dient de juiste zone te worden geselecteerd
voor de programmering van de parameters. Na het programmeren van de parameters
bevestig de nieuwe instellingen met het [#] toets. Automatisch zal worden teruggekeerd naar
de zone selectielijst.
Configuratie van draadloze apparaten door gebruik van het LCD bediendeel van het VERSA
systeem wordt beschreven in de programmeer handleiding van de VERSA alarmsystemen.
13.2.1 APD-100 detector
De en toetsen is voor het navigeren tussen de programmeerbare parameters. De
en toetsen maken het selecteren van de gevoeligheid mogelijk met een bereik van 1 tot 3
(zie Tabel 9), als ook het in en uitschakelen van de pet immuniteit optie. Inschakelen van de
pet immuniteit optie wordt weergegeven met het J symbool.
13.2.2 APMD-150 detector
De en toetsen is voor het navigeren tussen de programmeerbare parameters. De
en toetsen voor het aanpassen er van. Het volgende dient te worden geprogrammeerd:
– Gevoeligheid van de infrarood met een bereik van 1 tot 4 (1 – minimum; 4 – maximum);
– Gevoeligheid van de radar met een bereik van 1 tot 8 (1 – minimum; 8 – maximum);
– Manier van werking in de test mode: 0 (signalering activering nadat beweging
gedetecteerd is door beide detectoren), 1 (signalering activering nadat beweging
gedetecteerd is door de IR detector) of 2 (signalering activering nadat beweging
gedetecteerd is door de Radar detector).
13.2.3 AMD-100 en AMD-101 detector
Gebruik de en toetsen voor het selecteren van het reedcontact.
13.2.4 AMD-102 detector
Na het selecteren van de eerste positie / de eerste zone van de AMD-102 detector, gebruik
de en toetsen om het gewenste reedcontact te activeren.
functie (S
ONFIGURATIE
uitbreidingsnaam C
NSTELLINGEN
ERVICE MODE
SATEL
ERVICE
MODE
I
C
NSTELLINGEN
S
TRUCTUUR
). Als deze functie
ONFIGURATIE
). Als deze functie
ONFIGURATIE
47
H
ARDWARE