3.5
AARDING
De transmitter dient geaard te worden. Indien de transmitter gemonteerd wordt in een geaarde tank
of leiding, dan mag de transmitter zelf niet geaard worden. Voorkom dubbele aarding! Vermijdt het
ontstaan van een "aard loop" door dubbele aarding.
3.6
EINDIGING
Afsluiting van de bus voorkomt signaalreflecties op de PROFIBUS®-kabel. Een terminator is een
combinatie van een weerstand en een condensator. Verkeerde of ontbrekende afsluiting resulteert
in transmissiefouten. Aan het einde van elke kabelboom moet een terminator worden gebruikt.
Gewoonlijk is een terminator geïntegreerd in een segmentkoppeling. Wanneer er geen
geïntegreerde terminator in de trunk aanwezig is, moet een aparte terminator worden gebruikt.
4.
BLIJFT OVER:
4.1
/ EMC-REGELS
Alle zenders van Klay zijn vervaardigd in overeenstemming met de RFI/EMC-richtlijnen en voldoen
aan de CE-norm. Alle zenders zijn uitgerust met RFI-filters, die zorgen voor een optimale,
probleemloze werking. Onze producten voldoen aan de EMC-richtlijn 2014/30/EU op basis van
testresultaten met geharmoniseerde normen.
4.2
TRACEERBAARHEID / PRODUCTIEJAAR
Het bouwjaar van de zender is als volgt te achterhalen: neem de eerste twee cijfers van het
serienummer dat in de zender is gegraveerd en voeg daar 1970 aan toe.
Voorbeeld: Serienummer 4302123. Het bouwjaar is 1970 + 43 = 2013.
NL-4000-TT-PROFIBUS-PA-09-2021-00
8