dichtst bij de aansluitklemmen voor de netvoeding bevindt, zoals hierboven afgebeeld.
3.2 Binnenkant Enforcer 32-WE: achterzijde
1. Aansluitklemmen voor aarde en netvoeding. Zie
pagina: 5.
2. Als een modem nodig is (DIGI-GPRS, DIGI-LAN of
DIGI-1200/PSTN), wordt deze ruimte gebruikt om het te
installeren. Zie pagina: 19.
3. De transformator zit in een behuizing; deze hoeft niet
te worden verwijderd.
4. De stelschroef van de achter sabotagebeveiliging
wordt gebruikt als de sabotagebeveiliging aan de
voorkant van de Enforcer 32-WE niet op gelijke hoogte
met de achterplaat zit. Dit kan gebeuren als de Enforcer
32-WE op een oneffen ondergrond is geïnstalleerd.
5. Als er een I/O-kaart nodig is, wordt deze ruimte
gebruikt om hem te installeren. Zie pagina: 10.
3.3 Binnenkant Enforcer 32-WE: voorzijde
1. RS-232-verbinding voor het up- en
downloaden van de InSite UDL-software. Zie
pagina: 17.
2. De locatie van de noodstroom batterijen
van het alarmsysteem. Zie pagina 6 voor de
procedure voor het vervangen van de
batterijen.
3. De voedingsaansluiting voor een GPRS
modem, indien gebruikt (deze poort wordt
aangeduid met 'GSM MODEM'). Zie pagina: 19.
4. De aansluiting voor een I/O-kaart, indien
gebruikt. Zie pagina: 10.
5: De aansluiting voor het modem (GPRS, LAN
of PSTN). Zie pagina: 19.
6: De voedingsaansluiting (+12 V
gelijkspanning) voor de Enforcer 32-WE.
1. Aansluitklemmen voor
aarde en netvoeding
3. Transformator
3. Voedingsaansluiting (gelijkstroom)
GPRS (GSM MODEM)
4. Aansluiting
I/O-kaart
Pagina: 6
4. Stelschroef van achterste
sabotagebeveiliging
1. RS-232-
connector
5. Modem-
6. Voedingsaansluiting
aansluiting
2. Ruimte voor
communicatiemodule
5. Ruimte voor
I/O-kaart
2. Batterijvak
(gelijkspanning)