Gemakkelijke beeldoverdracht via de NFC-functie
De verbinding verbreken
Zo nodig kunt u ook "Aandachtspunten bij de NFC-functie"
(pag. W-15) doornemen.
Tijdens de verbinding kan er geen opname worden gemaakt, ook al drukt
u de ontspanknop helemaal in.
Het is niet mogelijk om opnamen over te brengen via de NFC-functie wanneer
de camera draadloos met een ander apparaat is verbonden. De camera kan
bovendien niet met meerdere smartphones tegelijkertijd worden verbonden.
Zelfs wanneer films in de MOV-indeling in de lijst worden weergegeven,
kunnen deze niet op een smartphone worden opgeslagen.
Als u RAW-beelden naar een smartphone verzendt, is het ruisreductie-
effect bij hoge ISO-snelheid van opgeslagen beelden op de smartphone
mogelijk kleiner. Stel daarom bij het maken van RAW-beelden de
opnamekwaliteit bij voorkeur in op 1+73.
Als u de beeldoverdracht wilt annuleren, selecteert u tijdens de
overdracht [Annuleer].
U kunt maximaal 50 bestanden tegelijk selecteren.
Het is raadzaam om gedurende de verbinding de
energiebesparingsfunctie van de smartphone uit te schakelen.
Instellingen voor beeldoverdracht via de NFC-functie worden niet op de
camera opgeslagen.
Wanneer u het beeldformaat wijzigt, wordt het formaat gewijzigd van alle
beelden die tegelijk moeten worden verzonden. Beelden die kleiner zijn
dan het formaat b, worden niet verkleind.
Als u RAW-beelden naar een smartphone verzendt, wordt het formaat
van deze beelden gewijzigd in b en worden de beelden opgeslagen.
Het <k>-lampje van de camera knippert snel wanneer gegevens
worden verzonden.
Wanneer u een accu als voeding voor de camera gebruikt, moet de accu
volledig opgeladen zijn.
Wanneer er verbinding is, werkt de camerafunctie voor automatisch
uitschakelen niet.
W-34
Om de beeldoverdracht te
beëindigen, drukt u op de knop
<M> op het scherm voor
beeldoverdracht.
Selecteer [OK] in het
bevestigingsdialoogvenster om de
verbinding te verbreken.