7.1.3. Wifi-verbinding
Een draadloos signaal wordt altijd op directe wijze, van punt naar punt resp. van anten-
ne naar antenne overgedragen. De kwaliteit van een draadloze verbinding staat en valt
dus met de hindernissen die in vogelvlucht op weg van de DABMAN naar het andere
apparaat doorkruist moeten worden. Zo kunnen opstelposities die eigenlijk een kleinere
afstand hebben een slechtere verbinding als resultaat hebben.
Als er bijvoorbeeld meer muren of andere storende bronnen doorkruist moeten
worden, neemt de signaalkwaliteit ondanks de kleinere afstand af:
Het principe is echter: hoe meer zendvermogen de router heeft, hoe groter het
ontvangstbereik!
7.1.4. Instelling van de draadloze verbinding op de radio
Om het apparaat nu in uw netwerk te integreren, begint de DABMAN i300 CD met de
assistent voor de integratie in uw netwerk.
Hij start met het opsommen van alle gevonden netwerken.
Het uw zou u hierbij ook moeten vinden.
Dat ziet er dan ongeveer zo uit:
IT NL
Selecteer nu het netwerk waarmee een verbinding moet worden gemaakt. Als het
gezochte netwerk niet verschijnt, kunt u via het menupunt "Opnieuw zoeken" (Rescan)
de zoekopdracht herhalen.
Nadat u het netwerk hebt geselecteerd, moet u nu het netwerkwachtwoord ingeven.
Althans indien u uw WLAN-router gecodeerd hebt.
Het wachtwoord voor uw WLAN-router wordt via het navigatiewiel ingegeven:
door te draaien selecteert u de letters en cijfers, door op het wiel te drukken
bevestigt u de invoer. De speciale tekens vindt u als u met het wiel verder
doorscrollt.
Handsleiding
258