4 Bediening
4
Bediening
4.1
Toestel inschakelen
▸ De stekker in het stopcontact steken.
– Links en rechts op het display verschijnt gedurende 30 seconden «OF».
▸ De toets
gedurende 3 seconden ingedrukt houden.
– Het toestel is ingeschakeld.
Een nieuw in bedrijf genomen toestel heeft ongeveer 13 uur nodig (lege toestand/
zonder levensmiddelen) tot de normale bedrijfstemperaturen zijn bereikt. Zolang
de temperaturen niet zijn bereikt, knipperen de desbetreffende zones
display.
4.2
Temperatuur instellen
Instelbereik
De gewenste temperaturen van de desbetreffende zones worden achtereenvolgens inge-
voerd.
Temperatuurzone
Koelvak
ColdFresh
Vriesruimte
Tweede koelruimte
(MonoFridge
ge-
activeerd)
Als de vriesruimte als tweede koelruimte wordt gebruikt (MonoFridge
wordt de temperatuur in het koelvak op 5 °C (41 °F) en in de temperatuurzone Cold-
Fresh op 1 °C (34 °F) ingesteld.
Afhankelijk van de belading kan in de temperatuurzone ColdFresh bij een ingestel-
de temperatuur van 0 °C (32 °F) schade door koude aan de producten ontstaan.
Werkwijze
▸ Deur van de koelruimte openen.
– De ingestelde gewenste temperatuurwaarden worden gedurende 5 seconden weer-
gegeven. Hierbij worden links op het display afwisselend de temperatuur van het
koelvak en van de temperatuurzone ColdFresh weergegeven.
– Hierna worden de actuele temperatuurwaarden weergegeven.
▸ De toets
,
– Links op het display knippert de temperatuurindicatie van het koelvak.
▸ De toets
of
ren.
10
Instelbereik
Aanbevolen instelling
Instelbereik
Aanbevolen instelling
Instelbereik
Aanbevolen instelling
Instelbereik
of
aantippen.
aantippen en de gewenste temperatuur voor het koelvak selecte-
Graden Celsius [°C]
3 tot 8
5
0 tot 3
1
-24 tot -14
-18
2 tot 14
op het
Fahrenheit [°F]
38 tot 46
41
32 tot 37
34
-11 tot 6
0
36 tot 57
geactiveerd),