Aanwijzingen voor Leica M-objectieven:
• Het artikelnummer is bij vele objectieven aan de andere kant van
de scherptediepteschaal gegraveerd.
• De lijst vermeldt ook objectieven die zonder codering verkrijg-
baar waren (circa tot juni 2006). Objectieven van een latere
introductiedatum zijn uitsluitend gecodeerd verkrijgbaar en
worden daarom automatisch herkend.
• Bij gebruik van de Leica Tri-Elmar-M 1:4/16-18-21 ASPH. wordt
de ingestelde brandpuntsafstand niet aan de camerabehuizing
overgedragen en daarom ook niet in de EXIF-gegevensrecord
van de opnamen vermeld. U kunt de brandpuntsafstand echter
naar wens handmatig opgeven.
• De Leica Tri-Elmar -M 1:4/28-35-50 ASPH. bezit daarentegen
de voor de inspiegeling van de geschikte lichtkaders in de zoeker
noodzakelijke mechanische overbrenging van de ingestelde
brandpuntsafstand naar de camera. Deze wordt door de
elektronica van de camera afgetast en voor correctie van deze
brandpuntsafstand gebruikt. Wegens gebrek aan ruimte staat in
het menu alleen een artikelnummer (11 625) vermeld.
Vanzelfsprekend ook de beide andere varianten (11 890 en 11
894) gebruiken en de in het menu ingestelde waarden gelden
hiervoor net zo.
EEN LEICA R-OBJECTIEF GEBRUIKEN
Bij het gebruik van een Leica R-objectief met behulp van de Leica
R-adapter M moet het objectieftype handmatig worden ingevoerd.
Bij het plaatsen van een Leica R-objectief schakelt de camera
automatisch om naar
, onafhankelijk van de vorige
Manual R
Manual R
instelling. Het objectieftype moet in de lijst worden gekozen.
▸
In het hoofdmenu
Lens Detection
Lens Detection
▸
kiezen
Manual R
Manual R
▸
Geplaatst objectief uit de lijst kiezen
kiezen
NL
53