Download Print deze pagina

Leica M10-P Handleiding pagina 52

Verberg thumbnails Zie ook voor M10-P:

Advertenties

DETECTIE OBJECTIEFTYPE
NL
De 6-bit codering in de bajonet van de huidige Leica M-objectieven
stelt de camera in staat het geplaatste objectieftype te herkennen.
– Deze informatie wordt o.a. voor het optimaliseren van de
beeldgegevens gebruikt. Bijvoorbeeld wordt de randverduiste-
ring, die bijvoorbeeld bij groothoekobjectieven en grote
diafragmaopeningen bijzonder opvallend kan zijn, in de
beeldgegevens gecompenseerd.
– Bovendien wordt de informatie die deze 6-bit codering oplevert
in de EXIF-gegevens van de opnamen weggeschreven. In de
uitgebreide opnamegegevens zal de brandpuntsafstand van het
objectief bovendien worden weergegeven.
– De camera schrijft bovendien een speciale, met behulp van het
belichtings-meetsysteem berekende globale diafragmawaarde in
de EXIF-gegevens van de opnamen. Dit is onafhankelijk van het
feit of een gecodeerd of een ongecodeerd objectief of een
niet-M-objectief door middel van een adapter is geplaatst en ook
onafhankelijk van het feit of het objectieftype in het menu werd
ingevoerd of niet.
52
GEBRUIK VAN EEN LEICA M-OBJECTIEF
MET 6-BIT-CODERING
Bij gebruik van een Leica M-objectief met 6-bit-codering kan de
camera het betreffende objectieftype automatisch instellen.
Daarom is een handmatige instelling niet nodig. Bij het plaatsen
van een gecodeerd Leica M-objectief schakelt de camera
automatisch om naar
, onafhankelijk van de vorige instelling.
Auto
Auto
GEBRUIK VAN EEN LEICA M-OBJECTIEF
ZONDER 6-BIT-CODERING
Bij het gebruik van een Leica M-objectief zonder 6-bit-codering
moet het objectieftype handmatig worden ingevoerd.
In het hoofdmenu
Lens Detection
Lens Detection
kiezen
Manual M
Manual M
Geplaatst objectief uit de lijst kiezen
• Het overzicht toont objectieven met brandpuntsafstand,
diafragma en artikelnummer.
kiezen

Advertenties

loading