UW ZAAG VEILIG GEBRUIKEN
WAARSCHUWING
inademing van de uitlaatgassen van de mo-
tor, kettingolienevel en stof van zaagsel kan
een gezondheidsrisico vormen.
S Bedien een kettingzaag niet met één hand.
De gebruiker, assistenten, toeschouwers of
een willekeurige combinatie van deze perso-
nen kunnen ernstig letsel oplopen door en-
kelhandige bediening. Een kettingzaag dient
te worden bediend met twee handen.
S Gebruik een kettingzaag alleen in een
goedgeventileerde buitenruimte.
S Gebruik de zaag niet op een ladder of in
een boom, tenzij u hier specifiek voor bent
opgeleid.
S Zorg ervoor dat de ketting bij het starten van
de motor niet in contact komt met een object.
Probeer de zaag nooit te starten terwijl het
zaagblad zich in een snede bevindt.
S Oefen geen druk op de zaag uit wanneer u
bij het einde van een snede bent. Het uitoe-
fenen van druk kan ervoor zorgen dat u con-
trole verliest wanneer de snede is voltooid.
S Stop de motor voordat u de zaag neerzet.
S Wees op uw hoede voor terugslag wan-
neer u een grote tak zaagt die onder span-
ning staat, zodat u niet wordt geraakt door
de tak of zaag wanneer de spanning in de
houtvezels vrijkomt.
S Een kettingzaag die beschadigd, verkeerd
afgesteld
of
niet
volledig
gemonteerd is moet niet worden gebruikt.
De
kettinggeleider,
ketting,
bescherming
of
kettingrem
onmiddellijk worden vervangen als deze
beschadigd raken, gebroken zijn of op
andere wijze verwijderd zijn.
S Draag de kettingzaag met gestopte motor
handmatig met de geluiddemper van u af
gekeerd en het zaagblad en de ketting
naar achteren, bij voorkeur bedekt door
eens huls.
VEILIGHEIDSUITRUSTING VAN DE
MACHINE
OPMERKING:
In dit hoofdstuk w ordt uitge-
legd wat de veiligheidsonderdelen van de ma-
chine zijn, en hun functie. Voor controle en on-
derhoud zie de instructies in het hoofdstuk
CONTROLE, ONDERHOUD EN SERVICE
VAN DE VEILIGHEIDSUITRUSTING VAN
DE MOTORZAAG. Zie de instructies in het
hoofdstuk IDENTIFICATIE (WAT IS WAT?),
om te zien waar deze onderdelen zich bevin-
den op uw machine. De levensduur van de
machine kan worden verkort en het risico van
ongelukken kan toenemenwanneer het onder-
houd aan de machine niet op de juiste manier
wordt uitgevoerd en wanneer service en/of re-
paraties niet vakkundig worden gedaan. Indien
u meer informatie nodig heeft, verzoeken wij u
contact op te nemen met de dichtstbijzijnde
servicewerkplaats.
S Kettingrem. Uw motorzaag is voorzien
van een kettingrem, die de ketting stopt.
WAARSCHUWING
zaag is uitgerust met een kettingrem die is
ontworpen om de de ketting bij terugslag te
stoppen. De kettingrem verkleint het kans op
ongelukken, maar alleen u kunt ze voorko-
: Langdurige
men. GA ER NIET VAN UIT DAT DE KET-
TINGREM U ZAL BESCHERMEN IN HET
GEVAL VAN TERUGSLAG.
S Gashendelvergrendeling. De gashen-
delvergrendeling is geconstrueerd om
onopzettelijke activering van de gashen-
del te voorkomen.
S Kettingvanger. De kettingvanger is ge-
construeerd om een gebarsten ketting.
S Trillingdempingssysteem. Uw machine
is uitgerust met een trillingdempingssys-
teem dat geconstrueerd is om zo trillingvrij
en comfortabel mogelijk met de zaag te
kunnen werken.
VEILIGHEIDSMEDEDELING:
elling aan trillingen door langdurig gebruik van
door benzine aangedreven handgereedschap
kan schade veroorzaken aan bloedvaten of
zenuwen in vingers, handen en gewrichten
van mensen die gevoelig zijn voor aandoenin-
gen aan circulatie of abnormale zwellingen.
Langdurig gebruik in koud weer is in verband
gebracht met schade aan bloedvaten bij men-
sen zonder gezondheidsproblemen. Indien er
symptomen optreden zoals gevoelloosheid,
pijn, krachtverlies, verandering in kleur of sa-
menstelling van de huid, of verlies van het ge-
voel in vingers, handen of gewrichten, dient u
op te houden met het gebruik van dit gereeds-
chap en een arts te raadplegen. Een anti- -vi-
en
veilig
bratiesysteem garandeert niet dat deze proble-
men niet zullen voorkomen. Gebruikers die
hand- -
krachtig gereedschap onophoudelijk en regel-
moeten
matig gebruiken dienen hun gezondheid en de
toestand van het stuk gereedschap zorgvuldig
in de gaten te houden.
S Stopschakelaar.
moet gebruikt worden om de motor uit te
schakelen.
CONTROLE, ONDERHOUD EN
SERVICE VAN DE VEILIGHEIDSUI-
TRUSTING VAN DE MOTORZAAG
WAARSCHUWING
machine nooit wanneer de veiligheidsui-
trusting defect is. Als uw machine niet door
alle controles komt, moet u ermee naar uw
servicewerkplaats voor reparatie.
S Kettingrem. Maak de kettingrem en de
koppelingtrommel vrij van spaanders, hars
en vuil. Vuil en slijtage hebben een negatieve
invloed op het remvermogen. Zie de instruc-
ties in het hoofdstuk BEDIENING.
S Gashendelvergrendeling. Controleer of
de gashendel vergrendeld is in de station-
aire stand wanneer de gashendelvergren-
deling in de oorspronkelijke stand staat.
S Kettingvanger. Controleer of de ketting-
vanger niet beschadigd is en of hij vast zit
in de het motorzaaghuis.
S Trillingdempingssysteem.
het trillingdempingselement regelmatig op
materiaalbarsten en vervormingen. Con-
troleer of het trillingdempingselement vast
: Uw ketting-
verankerd is tussen demotoreenheid en
de handvateenheid.
20
Blootst-
De
stopschakelaar
: Gebruik de
Controleer