FOTO OPNAMEMODUS (FOTO)
NL
De in dit hoofdstuk beschreven instellingen gelden uitsluitend voor
het fotogedeelte. Daarom zijn ze onderdeel van het Foto-menu en
moeten dientengevolge altijd vanuit de fotomodus worden
opgeroepen en ingesteld (zie het hoofdstuk 'Camerabediening' in
de paragraaf 'Menubediening'). Gelijknamige menupunten in het
Video-menu staan daar los van.
Gegevens over de opname verschijnen zowel in het top-display als
op het monitorbeeld (EVF). Voor de instelling van het aanzicht, zie
pagina 82. Details over de weergaven vindt u in het hoofdstuk
'Weergaven'.
DRIVE MODE
De hieronder beschreven functies en instelmogelijkheden hebben
in principe betrekking op het opnemen van afzonderlijke beelden.
Naast de afzonderlijke opnamen biedt de Leica SL2-S echter nog
een aantal andere standen. Aanwijzingen over hun werkwijze en
instelmogelijkheden vindt u in de betreffende hoofdstukken.
▸
In het hoofdmenu,
▸
Gewenste functievarianten kiezen
108
kiezen
Drive Mode
Drive Mode
Mode
Instelmogelijkheden / varianten
Afzonderlijke
Single
Single
opnamen
Serieopname
Snelheid:
(zie pagina 138)
–
Continuous - Low Speed
Continuous - Low Speed
–
Continuous - Medium Speed
Continuous - Medium Speed
–
Continuous - High Speed
Continuous - High Speed
–
Continuous - Very High Speed
Continuous - Very High Speed
Intervalopname
Number of Frames
Number of Frames
(zie pagina 139)
Interval tussen de opnamen (
Wachttijd (
Belichtingsreeks
Number of Frames
Number of Frames
(zie pagina 140)
EV Steps
EV Steps
Exposure Compensation
Exposure Compensation
Multishot
Wachttijd (
(zie pagina 142)
Motion artefacts correction
Motion artefacts correction
Zelfontspanner
Wachttijd:
(zie pagina 143)
–
Self Timer 2 s
Self Timer 2 s
–
Self Timer 12 s
Self Timer 12 s
)
Interval
Interval
)
Countdown
Countdown
(3 of 5)
)
Self Timer
Self Timer