8. Zoek de draad in het bedieningspaneel. Gebruik
de draad om de aardingsdraden uit het gat in het
bedieningspaneel te trekken.
H oud het bedieningspaneel met de hulp van een
tweede persoon dichtbij de Linker Staander (75).
V erbind de Draad van de Staander (70) met de
draad van het bedieningspaneel. Raadpleeg
de inzet-tekening. De connectoren zouden
makkelijk samen moeten glijden en op hun
plaats moeten klikken. Als dit niet gebeurt,
dient u een van de verbindingsstukken te
draaien en het nog eens te proberen. ALS U
DE VERBINDINGSSTUKKEN NIET GOED
VERBINDT, KAN HET BEDIENINGSPANEEL
BESCHADIGD RAKEN ALS DE STROOM
WORDT AANGEZET.
V erwijder de draadband uit de Draad van de
Staander (70).
S luit de aardingsdraden aan en verwijder de
draad.
9. S teek de aardingsdraden in het bediening-
spaneel terwijl u het bedieningspaneel plaatst
op de Linker en Rechter Staanders (75, niet
afgebeeld). Zorg dat bedrading niet beklemd
raakt.
Bevestig het bedieningspaneel met acht #8 x
3/4" Schroeven (6) (vier zijn afgebeeld); draai
alle acht schroeven aan en zet ze dan vast.
Draai de schroeven niet te vast aan.
Steek de draden in de Linker Staander (75).
D raai de tien Schroeven (7, 9 en 10) (slechts
een kant is afgebeeld) vast.
Zie stap 4. Draai de zes 3/8" x 4" Schroeven (4)
volledig vast.
8
Bandje
Geaarde
Draden
Bedienings-
Binddraad
70
9
Geaarde
Draden
6
10
Bedieningspaneel-
module
Draad
van het
70
paneel
75
Bedienings-
paneelmodule
Draden
9
6
75
10
7