Download Print deze pagina

Leica Q2 MONOCHROM Handleiding pagina 99

Verberg thumbnails Zie ook voor Q2 MONOCHROM:

Advertenties

FLITS­BELICHTINGSMETING (
De door de camera geregelde, volautomatische flitsmodus is bij
deze camera met de flitsapparaten (zie pagina 98) en in beide
automatische modi (tijdautomaat en handmatige instelling)
beschikbaar.
Bovendien kunt u met de camera met tijdautomaat en handmatige
instelling gebruik maken van interessante vormgevende flitstech-
nieken, zoals flitssynchronisatie en het flitsen met langere
sluitertijden dan de maximale synchronisatietijd.
Bovendien geeft de camera de ingestelde gevoeligheid door aan
het flitsapparaat. Daarmee kan het flitsapparaat, voorzover het
deze weergaven bezit en voor zover het op het objectief gekozen
diafragma ook op het flitsapparaat is ingevoerd, zijn reikwijdte
automatisch aangeven. De ISO-gevoeligheidsinstelling kan bij
systeemcompatibele flitsers niet via de flitser zelf worden
beïnvloed, omdat deze al door de camera wordt overgedragen.
HSS (HIGH SPEED SYNC.)
Automatische flitsinschakeling met korte sluitertijden
De door de camera geregelde, volautomatische HSS-flitsmodus
staat bij de Leica Q2 Monochrom met systeemcompatibele
flitsapparaten (zie pagina 98), met alle sluitertijden en bij alle
belichtingsmodi van de camera ter beschikking. Hij wordt
automatisch geactiveerd door de camera, als de geselecteerde of
berekende sluitertijd korter is dan de synchronisatietijd van
1⁄180 s.
Aanwijzing
• De reikwijdte bij het HSS-flitsen is duidelijk korter dan bij het
TTL-flitsen.
­METING)
TTL
INSTELLING AAN HET FLITSAPPARAAT
Modus
Automatische regeling door de camera
TTL
SF 40, SF 60:
A
Automatische regeling door de camera, geen flitsbelich-
tingscorrectie
SF 58, SF 64:
Regeling door het flitsapparaat met behulp van een
ingebouwde belichtingssensor
De flitsbelichting moet door instelling van een
M
bijbehorende flitsstand op de door de camera bepaalde
diafragma- en afstandswaarden worden afgestemd.
Aanwijzingen
• Het flitsapparaat moet voor de automatische regeling door de
camera zijn ingesteld op de modus
• Bij instelling op
worden boven- of ondergemiddeld heldere
A
onderwerpen eventueel niet optimaal belicht.
• Meer informatie over de flitsmodus in combinatie met andere,
niet speciaal op deze camera afgestemde flitsapparaten, evenals
de verschillende modi van de flitsapparaten, vindt u in de
betreffende handleiding.
.
TTL
NL
99

Advertenties

loading