Gebruiksaanwijzing
De juiste maaihoogte
selecteren
Verwijder bij het maaien ongeveer 25 mm of niet meer
dan ⅓ van de grassprieten. Bij zeer lang, mals en
dicht gras moet u mogelijk de maaihoogte vergroten of
de machine in de zijuitworp- of opvangmodus zetten.
Maaien in extreme
omstandigheden
Om het gras goed te maaien en het maaisel in
de maaikast fijn te maken, is lucht nodig; zet de
maaihoogte dus niet te laag en zorg ervoor dat de
maaikast niet door ongemaaid gras omgeven is.
Probeer altijd 1 zijkant van de maaikast vrij van
ongemaaid gras te houden, zodat lucht kan worden
aangezogen naar het maaidek. Als u begint te maaien
door het midden van een ongemaaid gebied, moet u
langzaam rijden en achteruit rijden als de machine
verstopt raakt.
Met de juiste regelmaat
maaien
Het tempo waarmee het gras groeit, varieert per
jaargetijde. Om dezelfde maaihoogte te behouden,
moet u in het vroege voorjaar vaker maaien. Als de
groeisnelheid in de zomer afneemt, maait u minder
vaak. Als u langere tijd niet hebt kunnen maaien,
maait u eerst op een hoge maaihoogte. Maai 2 dagen
later op een lagere maaihoogte.
Maaien met scherpe
messen
Een scherp mes snijdt het gras goed af zonder het
te scheuren of te rafelen. Een bot mes scheurt en
rafelt het gras. Als het gras inscheurt of kapot wordt
getrokken, wordt het bruin aan de punten, waardoor
het gras minder goed groeit en vatbaarder wordt voor
ziekten.
Na het maaien
Om optimale resultaten te waarborgen, moet de
onderkant van de maaikast na iedere maaibeurt
worden gereinigd. Als zich grasresten ophopen in de
maaikast, verslechteren de maairesultaten.
10