•
Aslagers van maai-eenheid (2 per maaidek); zie
Opmerking: U kunt beide smeernippels gebruiken:
kies de nippel die het makkelijkst te bereiken is. Pomp
vet in de nippel tot er vet aan de onderzijde van de
asbehuizing verschijnt (aan de onderzijde van het dek).
Figuur 36
•
Lagers van draagarm van maai-eenheid (1 per maaidek);
zie
Figuur 36
•
Lagers van achterrol (2 per maaidek); zie
Figuur 37
Belangrijk: Controleer of de smeergroef in beide
rolbevestigingen is uitgelijnd met de smeeropening
in beide uiteinden van de rolas. Als hulp bij het
uitlijnen van de groef en de opening bevindt zich
verder een merkteken op één uiteinde van de rolas.
Onderhoud motor
Figuur 36
Veiligheid van de motor
U moet de motor afzetten voordat u het oliepeil controleert
of het carter bijvult met olie.
Onderhoud van het luchtfilter
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren
Controleer de luchtfilterbehuizing op schade die een luchtlek
kan veroorzaken. Vervang deze in geval van beschadiging.
Controleer het gehele luchtinlaatsysteem op lekken,
beschadiging of losse slangklemmen.
Geef het luchtfilter uitsluitend een onderhoudsbeurt als de
onderhoudsindicator
luchtfilter vervangt voordat dit nodig is, wordt alleen maar de
kans vergroot dat er vuil in de motor komt als u het filter
verwijdert.
g009708
Figuur 37
1. Luchtfilterindicator
g005979
Belangrijk: Zorg ervoor dat het deksel goed vastzit en
de luchtfilterbehuizing helemaal afsluit.
1. Vervang het luchtfilter
41
(Figuur
38) dit aangeeft. Als u het
Figuur 38
(Figuur
39).
g009709