Advertenties
7 Installatie
Afb.59
1
7.8
Aansluitingen van de luchttoevoer/rookgasafvoer
60
2. Sluit de stookolietoevoerleiding aan op het ontluchterfilter.
Zie
Zie voor de lengte en diameter van de olieleidingen de
handleiding bij het filterpakket.
Belangrijk
De lekdichtheid van de olietoevoerleidingen moet zijn
gewaarborgd. Wanneer luchtbellen worden waargenomen in de
filters tijdens bedrijf, moeten alle aansluitingen worden
gecontroleerd en lekkages worden verholpen tot geen luchtbellen
meer zichtbaar zijn.
MW-2000540-2
7.8.1
Algemeen
De demonteerbare delen in deze koker maken inspectie van de
rookgasleiding over de gehele lengte mogelijk.
De horizontale delen aan de rookgaskant moeten uitgevoerd worden
met een verval van 3° (ongeveer 5%) in de richting van de ketel. Het
condenswater dat zich in de leidingen vormt, vloeit weg naar de sifon
van de ketel.
De vrije doorsnede moet voldoen aan de geldende norm.
De schoorsteen moet eerst worden geveegd voordat de
rookgasafvoerleiding wordt geïnstalleerd.
Om geluidsoverdracht tijdens de werking van de ketel in de woning te
voorkomen, mogen de rookgasafvoerbuizen niet in de wanden
gemetseld worden. Gebruik een schuifmof.
Bevestig de buisleidingen aan de muur met behulp van beugels en
hoeksteun(en). Bij iedere start van het systeem wordt er druk op de
leidingen uitgeoefend en deze kunnen op termijn loskoppelen. In dit
geval blijft de verwarmingsketel werken en vervuilt de lucht in de ruimte.
Dit risico wordt groter naarmate de lengte van de rookgasafvoerleiding
tot aan de muur of de schoorsteen groter is.
7.8.2
Rookgasbuizen aansluiten - enkel kanaal (schoorsteen) -
type B
Classificatie
Ruimteventilatie: voldoet aan norm NFP 45 – 204 of DTU 61.1.
Configuratie B
Aansluiting op een schoorsteen met overdruk of onderdruk
(verbrandingslucht afkomstig uit de ketelruimte).
23(P)
7665670 - v03 - 14052018
Advertenties
