Optie 6 Bedrijfsmeldingen:
Elke besturing heeft twee bedrijfsmeldrelais. Een voor
de melding van laag vermogen en een voor de melding
van hoog vermogen. Het moment van omschakelen van
laag naar hoog kan middels deze pa ra me ter ingesteld
wor den. Standaard is deze waarde 95%.
M.a.w. bij een vermogen lager dan 95% wordt een
bedrijfsmelding laag vermogen gegeven en bij een ver-
mo gen hoger dan 95% een be drijfs mel ding hoog ver-
mogen. Dit omschakelpunt is instelbaar en kan indien
gewenst ge wij zigd worden (instelbaar tussen 10 en
99%).
Optie 7 Gaslekcontrole:
Indien gaslekcontrole wordt ingebouwd kan dit via dit
scherm kenbaar gemaakt worden aan de besturingseen-
heid.
Optie 8 Instellen urentellers:
Bij vervangen van de displayprint heeft men de mogelijk-
heid om de bedrijfsuren over te nemen in de nieuwe
print. De laaglast- en de vollasturen dienen dan vanuit
de oude print te worden genoteerd, waarna men middels
optie 8 in de nieuwe print de uren op dezelfde waarde
kan instellen.
Optie 9 Maximaal temperatuur:
Indien gewenst kan men hier de beveiligingstemperatuur
verlagen. Let op!: deze instelling kan alleen verlaagd
worden.
Indien u deze instelling verlaagd let er dan op dat u ook
de maximale bedrijfstemperatuur lager instelt om een
vergrendeling te voorkomen.
Optie 10 Deellasttijd:
Na het starten zal de ketelmodule gedurende een in te
stellen tijdsduur op minimaal vermogen branden. Deze
tijd is instelbaar tussen 40 en 600 seconden (standaard
instelling 180 sec.).
ad. 2) Service tests
M.b.v. deze optie is de ketelmodule direct door de ser-
vicemonteur handmatig te sturen. Alle invloeden van bui-
tenaf worden overbrugd (m.u.v. de beveiligingen), op het
moment dat de servicemonteur van de geboden mo ge-
lijk he den gebruik maakt. De volgende instellingen zijn
mogelijk (tel kens gewenste keuze opzoeken d.m.v. de
'M'-toets en bevestigen met de ' '-toets):
Als de ketelmodule in bedrijf is:
- uitzetten;
- van minimale naar maximale belasting sturen (of
andersom afhankelijk van de heersende situatie).
Als de ketelmodule buiten bedrijf is:
- aanzetten;
- ventilator aan- of uitsturen;
- ventilator op maximale of minimale toeren laten
draaien;
- ontsteking voor 5 seconden activeren (eerst gaat de
ventilator gedurende 30 seconden voorspoelen).
ad. 3) Storingsgegevens
In het geheugen van elke be stu rings een heid kunnen 5
blokkerende en 5 verg ren de len de storingen worden op-
geslagen. Indien meerdere malen direct achter elkaar
dezelfde storing optreedt, wordt deze echter maar één
maal opgeslagen. Per opgeslagen storing is tevens de
be drijfs toe stand op het moment van het in storing gaan
uitleesbaar. Hierdoor wordt het zoe ken naar de sto rings-
oor zaak ver ge mak ke lijkt.
In het hoofdmenu van de optie "Storingsgegevens" kan
m.b.v. de 'L'- en 'M'-toetsen gekozen worden uit het
vergrendelende storingsgeheugen en het blokkerende
sto rings ge heu gen. Bevestig met de ' '-toets.
Nu wordt aangegeven, afhankelijk van de gemaakte keu-
ze, hoeveel blokkerende of hoeveel vergrendelende sto-
ringen in het geheugen zijn opgeslagen (maximaal dus
5 van elk).
Storing nr. 1 is de laatst opgetreden sto ring, storing nr.
2 die daarvoor, etc.
Wil men bekijken wat de laatst op ge tre den storing was,
dient m.b.v. de 'L'- en 'M'-toetsen de storingsteller op
1 te worden gezet. Door nu te bevestigen m.b.v. de
' '-toets wordt aan ge ge ven om welke storing het in dit
geval ging.
M.b.v. de ' '-toets kunnen nu diverse menu's worden
opgeroepen, die de be drijfs toe stand weergeven op het
moment dat de ketelmodule op de betreffende sto ring
ging.
Zie ook par. 12. Het geheugen van de blokkerende sto-
ringen gaat bij spanningsuitschakeling ver lo ren, het ver-
grendelende geheugen blijft behouden.
ad. 4) Fabrieksniveau
Niet toegankelijk.
Vanuit ieder punt in het serviceniveau kan teruggegaan
worden naar het ge brui kers ni veau door, afhankelijk van
waar men zich bevindt, één of meerdere malen op de
' '-toets te drukken.
Indien men het serviceniveau verlaten heeft, blijft de
ingevoerde servicecode nog 15 mi nu ten van kracht.
Dit houdt in, dat men gedurende die 15 minuten, zonder
het opnieuw te hoeven invoeren van de code, automa-
tisch vanuit het gebruikersniveau in het ser vi ce ni veau
terug kan komen.
Indien gedurende 15 minuten niet op een toets is gedrukt
gaat de besturingseenheid automatisch terug naar het
gebruikersniveau.
17