b) Olie
Open de olietank.
-
Gebruik de meegeleverde container om de olie in de tank te vullen. Niet te veel vullen.
-
Sluit de tank af. Veeg de overtollige olie weg.
-
Informatie
Aanbevolen olie: Wij adviseren het gebruik van een hoogwaardige reinigingsolie van de klassen SF, SG, SH,
SJ of hoger. Gebruik geen speciale additieven.
De buitentemperatuur bepaalt de juiste olieviscositeit voor de motor.
Onder 4°C leidt het gebruik van SAE 30 olie tot startproblemen.
Bij temperaturen boven 27°C kan het gebruik van 10W-30 olie het olieverbruik verhogen. Controleer het
oliepeil regelmatig.
Oliepeil controleren
-
Het apparaat moet worden uitgeschakeld.
-
Haal de peilstok uit de olietank en veeg hem af.
-
Steek de peilstok in de tank zonder hem vast te schroeven en verwijder hem dan om het oliepeil te
controleren.
-
Als het oliepeil dichtbij of onder de ondergrens van de peilstok staat, verwijdert u de peilstok en vult u
het oliereservoir tot de bovengrens van de peilstok (onderste rand van de peilstok). Vul niet te veel olie
bij.
-
Vervang de peilstok van de olietank.
5. OPERATIE
Koude start
-
Plaats het gereedschap op een vlakke ondergrond.
-
Schuif de ON/OFF schakelaar naar de ON positie.
-
Sluit de chokehendel.
-
Druk 7 tot 10 keer op de innametoets. Trek een paar keer aan het starterkoord als de motor aanslaat.
25