7
ONDERHOUD
Bij onderhoud aan de Airmix moet de stekker van de ventilator uit het stopcontact worden verwijderd
en de aandrijving worden losgekoppeld, zodoende wordt onverwachts en ongewenst starten van de
ventilator en klepstandaandrijving voorkomen.
De Airmix heeft een minimum aan onderhoud nodig:
•
Houdt de zuigzijde van de ventilator vrij van vreemde voorwerpen en verontreinigingen.
•
Bij vervuiling van de ventilatorbladen en het ventilatorhuis deze reinigen met vochtige doek. Dit
geldt ook voor de aluminium behuizing van de Airmix.
•
Vernieuwen van de condensator (AC-uitvoering)bij 10.000 draaiuren. Dit voorkomt een grote
afwijking van het juiste toerental en een toename van onnodig energieverbruik (rendement
verslechterd).
•
Controleer of alle bevestigingen (bouten, moeren, plaatschroeven e.d.) nog goed vast zitten om
vallende voorwerpen te voorkomen.
8
STORINGEN OF REPARATIES
Uit de praktijk is gebleken dat storingen zo goed als niet voorkomen. Wat er praktisch gezien kan
gebeuren is dat de thermische beveiliging van de ventilator in werking treedt vanwege een intern
defect. In dat geval is de ventilator ook echt aan het eind van zijn technische levensduur. De ventilator
dient dan vervangen te worden.
Wanneer een Airmix niet meer naar de gewenste klepstand gaat is de klepaandrijving defect of is er
een klep vastgelopen. Een oplossing voor een defecte aandrijving is om deze te vervangen. Door de
aandrijving te deblokkeren (zie deblokkeerknop in afbeelding 16) is het mogelijk de kleppen handmatig
open of dicht te zetten. Op deze manier wordt bekend waar de klep vastloopt en kan dit worden
verholpen.
9
DEMONTAGE
Controleer of de stekker uit het stopcontact en de klepaandrijving losgekoppeld is, dit voorkomt
onbedoeld en ongewenst starten van de ventilator en openen of sluiten van de kleppen. Zorg voor een
veilige werkplek.
Pagina 29 van 36